Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Zij bracht haren wijsvinger vooruit en antwoordde met gramschap: "Pieter, ik verbied u deze vrouw te laten binnenkomen; zeg haar, dat ik niet te huis ben. Ga!" Maar nauwelijks was de knecht sedert eenige oogenblikken vertrokken, of men hoorde in de voorkamer eenige klagende gillen, een gerucht als van eene worsteling. De deur der zaal vloog open.

Zoodat alles waar we voor gevochten hadden voor ons verloren was, en er nog meer van onze mannen gedood werden. Soms, zelfs nu nog op mijn ouden dag, heb ik leelijke droomen waarin ik dien stuurman hoor gillen: 'Jah! Jah! Jah! Maar al de menschen in de vischkampen werden gedood.

Het is een nacht van lichte pracht, Maar duistrer nacht is nooit verschenen; En als ik denk, dat gij nu zacht In droomen lacht, dan moet ik weenen Omdat ik U niet meer kan zien En nooit misschien zal wederzien. "Wanneer gij, doof voor jammerklacht en gillen, Voor bittre tranen, biddend liefdewoord, Den zond'gen dorst der zinnenlust blijft stillen En andrer vrede als eens mijn vrede stoort,

Oorverdoovend is het gedruisch, dat deze werktuigen veroorzaken: het gillen der fluiten, het donderend opstijgen der zwarte rookkolommen, het ratelen der zware emmers, en het voortschuiven van het slib, doet den reiziger hooren en zien vergaan, zoodat hij blijde is, als hij zulk een moddergevaarte achter zich heeft.

Toen de mestische begon te schreeuwen en te gillen, vreesde de Spanjaard, dat men haar te hulp zoude komen. Hij greep haar en leverde haar aan Squambo over. Toen mevrouw Burbank en miss Alice Stannard een oogenblik later verschenen, bevond Zermah zich reeds in het vaartuig van den Indiaan op het midden der rivier. De lezer weet het overige.

De schokken zijn nog niet opgehouden en dezen nacht voelden wij nog twee vrij hevige. De uitwerking van die schokken is zonderling. Waar wij ons nu bevinden, hebben wij niets te vreezen, en toch houdt iedereen op met spreken, richt het hoofd op, en men ziet elkander zwijgend aan, terwijl de vrouwen beginnen te gillen.

Hoor me dat kind eens gillen!" Dik was ook verschrikt, en hij haastte zich op te staan. Vlug schraapte hij een lucifer aan en stak de lamp op. En wat zag hij? Jantje lag op den vloer met een stoel half over zich heen, en daarop lag het kussen, dat den hit in zijn val gevolgd was.

Rijke familiën met arme bloedverwanten! och of alle neven zoo bescheiden waren! Maar de meesten gillen, hun neefschap luidkeels uit, en laten zich door niets afkoopen. "Moet nu nicht Kegge er niet aan?" fluisterde hij mij met een vergenoegd gezicht in 't oor. "Wel neen!" antwoordde ik, "nog in lang niet." "Ik verzeker u van wel!" hernam hij: "of dat rooie papiertje moet jokken.

Daarboven uit klinkt het gejammer der gewonden, die door hunne vrienden worden weggedragen; de eene heeft een arm, de andere een been gebroken, en zij gillen van angst zoowel als van pijn. Wij zijn nog slechts enkele oogenblikken op straat, en reeds voelen wij den tweeden schok, even hevig als, zoo niet erger dan de eerste. De paniek wordt nu onbeschrijfelijk.

Hoor nu eens.... Jij, moeder, hebt een sterke, moedige ziel, dat weet ik. Je moet heel rustig blijven zitten, als je het hoort. MEVR. ALVING. Maar wat is er dan voor vreeselijks...! OSWALD. Je moet niet gillen, hoor je? Beloof je mij dat? Wij zullen er heel kalm over praten. Beloof je mij dat, moeder? MEVR. ALVING. Ja, ja, ik beloof het je; maar zeg het dan...!

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek