Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Onafgebroken luisterde hij naar de ademhaling van Coenraad, met het vaste plan, om zich, zoodra deze sliep, van de sleutels meester te maken en zich naar de onderaardsche holen te spoeden, in één waarvan Heer Gijsbrecht zijn ongelukkig lot voortsleepte. Doch zijn geduld werd op eene zware proef gesteld, want het eene uur na het andere ging voorbij, en nog altoos sliep Coenraad niet.

"Maar mijne Bertha, mijne lieve bruid, hoe komt het toch, dat ik u in dit noodweer hier aantref? En wat gebeurde er toch eigenlijk?" "Juist dit noodweer heeft mij hier eene schuilplaats doen zoeken, Gijsbrecht," zeide de Jonkvrouw. "Ik wist immers, dat je heden komen zoudt? Mijn verlangen naar u deed mij u tegemoet rijden, in de meening, dat ik u weldra zou tegenkomen.

Vergeet niet, dat ge in mijne macht zijt, en dat een enkel woord van mij voldoende is, om u in den kerker te doen werpen." "Wat eene lage daad zou zijn!" antwoordde Gijsbrecht, met verontwaardiging. "Een gezant is onschendbaar." "Wel mogelijk, maar in den oorlog is alles oorbaar.

"Wij zullen daarover nader spreken," antwoordde de Ritmeester: "thans moeten wij zorgen, dat de aftocht zoodra mogelijk geschiede." "Juist," zeide Bouke, hem buiten de schuur volgende, "wel zegt het spreekwoord, dat al wat gaat ook terugkeeren moet." Godlof! het is mijn heer! ik heb zijn stem gehoort. Vondel, Gijsbrecht van Aemstel.

Gisteren nog kende je geen vrees en was je even moedig als altoos." "O, ja, dat was gisteren, Gijsbrecht, maar nu .... " "En waarom ben je dan nu wel bevreesd?" "Omdat ik .... O, Gijsbrecht, 't was zoo akelig, o, ga toch niet naar het hof te Veere .... Omdat ik zoo'n vreeselijk naren droom gehad heb." "Ik moet gaan, Bertha.

En toch is de burcht niet langer te behouden; weldra zal hij moeten vallen voor de macht van den bloeddorstigen overweldiger. En nog meer wordt haar hart van droefheid vervuld, als het beeld van haar geliefden Gijsbrecht haar voor de oogen komt.

Hij heeft verstand van kwetsuren. En vertel mij dan, hoe alles gebeurd is, trouwe Fulco. Goddank, nog is alles niet verloren! Arme, arme Gijsbrecht! Dus was toch mijn droom eene voorspelling, misschien wel eene waarschuwing! Hadden we er maar naar geluisterd!" Spoedig kwam de jonker met Dodo terug, en deze goede grijsaard bracht zijne geheele medicijnkast mede.

Zij zag bleek en hoewel hare gestalte als altoos fier was, scheen het toch, alsof er thans een angstige trek op haar gelaat lag. Gijsbrecht ging haar tegemoet en sloeg haar zijn arm om den hals. "Alles is gereed, Bertha," zeide hij. "We kunnen dadelijk vertrekken. Maar, liefste, wat ziet ge bleek en wat is dat tranen in de oogen? Kom, kom, wat is dat voor malligheid?

Een gedeelte der bende vereenigde zich nu tegen hem en dwong hem, om zij het ook strijdende, te wijken, terwijl de overigen zich van Heer Gijsbrecht meester maakten en hem van het paard sleurden. 't Was een vreeselijk tooneel. Hoe Fulco poogde zijn meester te redden, het was hem onmogelijk. Een deel der vijanden hield hem voortdurend op een afstand.

Algemeenen bijval en groote verdiensten verwierf hij in 1637. Samuel Costers Academie, vroeger slechts een houten loods, was destijds in een schouwburg herschapen, welke, bij de opening, door Vondel werd ingewijd met een overheerlijk treurspel Gijsbrecht van Aemstel, eene gedramatiseerde navolging van 't tweede boek van Virgilius, waarin hij den »ondergangk" van het doorluchtige Amsterdam bezong.

Woord Van De Dag

sentimenteelig

Anderen Op Zoek