Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 mei 2025


Zij gingen terug: "Ik zol morge nen andere pot nor 't gasthuis drage," zei Pallieter. Fransoo ging naar zijnen molen en Pallieter naar de Nethe. Onderwegen kwam hij een kind tegen, dat met een rolbaksken waarin een zak meel stond, van den molen kwam. Hij gaf het den honingpot, en beschaamd, zonder iets te zeggen, liep het rapper.

Het gasthuis boezemde mij altijd grooten afkeer in en dikwijls, als ik onderweg uitgeput was van vermoeienis, behoefde ik slechts aan het hospitaal te denken, om weder kracht tot loopen te vinden. Het verbaasde mij dus zeer, toen ik Mattia op deze wijze daarover hoorde spreken.

Eens zag een priester hem en was getroffen door de zonderling teedere bekoring dier donkere oogen; en nadat hij vele malen in de woning van Anfroy, den vader, was komen spreken nam hij den knaap mede naar zijn kapel, achter het gasthuis bij de rivier.

En waarlijk, het was, in die dagen zooals nu, een beklagenswaardig lot voor een inboorling van ons Gemeenebest, wanneer hij, niet door de fortuin bedeeld zijnde, zijn brood met de beoefening der schoone kunsten en wetenschappen verdienen moest: vooral in Amsterdam, waar men weinig of geene achting koesterde voor al wie aan de begaafdheden, welke hem de natuur geschonken had, het gewicht niet wist bij te zetten van eenige goede zakken met dukaten en eenige liassen schuld- en kustingbrieven; maar meer dan één schilder, wiens voortbrengselen thans duizenden gelden, in een gasthuis stierf; waar meer dan één plaatsnijder zich uit armoede verdronk en menige geleerde op een vliering woonde.

Zooals de commissaris vermoed had, zou ik spoedig het huis herkennen en wij gingen naar de vierde verdieping. Ik zag Mattia niet, die was waarschijnlijk reeds naar het gasthuis gebracht. Toen Garofoli den agent zag en mij herkende, verbleekte hij; zeker was hij bang. Maar spoedig werd hij gerustgesteld, toen hij de reden van ons bezoek vernam. Zoo, is de arme oude dood? Kendet gij hem?

Ik heb geld noch spijze, en lijd voor allen te zamen: voor mijnen man, wiens eer gevaar loopt; voor mijn kind dat in het gasthuis gaat sterven; voor mijn ander kind, dat zijne moeder te vergeefs om eten vraagt en met mij, binnen twee dagen, de straat voor woning en voor bedstede hebben zal.

Het was zoo vreemd in dat gasthuis te liggen naast die ontelbare rijen lege beddekens en in den reuk van iodoform die alles doortrok. Ik wist toen nog niet hoe ik later in mijn ballingschap, zoovele lange lijdensweken zou doorgebracht hebben in de droeve hospitalen van vreemde steden. Maar een geheim voorgevoel beklemde mij.

"Ik praat met Rebecca," zei Eleazar, naar de bedstee gaand: "we hadden 't over wat de dokter vanmorgen gezeid heeft"... "Og!", zei Poddy, zich verveeld afdraaiend. "Hij zei wat-ie al voor tijjen gezeid heeft dat je na 't gasthuis mòt dat ze je in 't gasthuis 'n eind kennen helpen." "Og!" , kreunde de sigaretten jood: "wad-doe 'k 'r mee! Og!" "En as je hièr wat overkomt?"

Doch de Franciskaner liet den alcalde niet aan 't woord. "U weet toch zeker wel," ging hij voort, "dat een leekebroeder van ons, de domste dien we hebben, een goed, mooi en goedkoop gasthuis heeft gebouwd. Hij liet flink werken en betaalde niet meer dan acht 'cuarto's' per dag, zelfs aan de menschen die van andere dorpen moesten komen.

"Hopeloze liefde, myn Heer Blankaart; ik bemin Juffrouw Burgerhart; en ben overtuigt, dat zy myne Vrouw niet worden kan." "Wel, voor haar dan een ander, die u beter lykt:" hervatte hy. Ik. Daar kan ik niet aan denken. Hy. Nu, 't is nog vroeg in 't Gasthuis; doch op Saartje moet gy geen staat maken.

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek