Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 oktober 2025
"Ga-je meê snoeken vangen?" "Ja, waar zijn ze?" "In de sloot, achter het huis." Welgemoed ging het tweetal op weg. Ze liepen den tuin door en kwamen aan eene sloot, die ongeveer 2 meter breed was. "Hier zijn ze," zei Dik, op het water wijzende. "Geef me eene hand." "Ik niet. Vang jij ze maar, dan zal ik er op passen." "Goed. Daar ga ik." Dik zette één been vooruit, en stapte pardoes te water.
.... Lize boog zich over haar tafeltje, legde stil 'n briefje naast haar neer; ze keek verbaasd: van Hoefman;.... die jongen had z'n "jour" vandaag.... onherkenbaar van levendigheid.... Stil las ze onder haar hand: "Weet je, dat Van Neerwinden vanmiddag om vier uur uitslag heeft? Ga-je er misschien heen?" Ze scheurde 'n blaadje uit haar cahier, pende dadelijk terug: "Zullen we samen gaan?
Neen, ik zou met Marten doen, zoo als ik plan heb met jou te doen, als je vader uit de Oostzee terug is!" "Wat dan, Moeder, wat dan?" "Dan ga-je naar zee, jongen! Aan boord gaan er die wilde haren wel uit! Reken daarop!" Toen moeder dit zeî sprong ik wel twee voet hoog van den grond en begon haar te omhelzen en te kussen van belang!
Op 'n middag kwam hij bij me en zei: "Go, ik heb geen plezier meer in fuiven." "Zoo," zei ik, "dan ga-je nu zeker werken, hè?" Nee, dat kon hij ook niet, het was 'm te stil. En kort en goed: de volgende maand ging hij naar Amerika, ergens in 't binnenland, waar 't nog erg ongecultiveerd is, bosschen-omhakken.
Johan stond in zijn hemd bij de tafel. De ekster bekeek hem met hare scherpe oogen en het was of ze, in haar uiterste vuur, zeggen wou: "Kerel! Kerel! wat ga-je nu doen zonder mij?" Ze stierf. Het zolderkamertje werd hem sindsdien een duisterheid zonder genade.
Nu, gedane zaken nemen geen keer, zal ik maar denken. Ga-je nu meê?» »O, neen ik heb nog maar alleen de lijst en de grenzen af, en zou juist aan de gebergten beginnen. Ga maar gerust heen, want ik kom toch niet voor n
Go hield hem, verlegen en trotsch, tegen zich aan. "Híj kent me nog; hij is me nog niet vergeten," zei ze glimlachend tegen Eddy, met zacht verwijt. "Hij lijdt niet aan "stemmingen"," verweerde hij zich, "ik was niet ín 'n stemming jou te zien; had je de volgende week willen komen opzoeken om afscheid te nemen." "Ga-je dan weg?"
Ze kon 'm niet laten gaan; ze moest toch zeggen, dat ze 't zoo akelig vond... "Waar ga-je heen?" Hij moest naar de kroeg, afgesproken met vrienden... "Waaróm nou? Ik heb je al zoo lang niet gezien." Ja, maar ze zouën spelen, kaarten... "Hè nee, Eddy, doe 't niet." Er had in z'n oogen dat ongeduld gebrand, dat haar altijd even bang maakte: "Natuurlijk zal ik gaan."
La Flèche kwam aan zijn meester een vizietkaartje overreiken. Ga-je weg? vroeg Pacôme. Hij werd dadelijk daarop zoo bleek en seffens nadien zoo blauw-rood, dat du Bessy naar hem toesnelde en hem bij de armen vatte. Pacôme had het vizietkaartje laten vallen. 't Is al over, sprak hij heesch, wanneer zie ik u? Stoor u niet aan me. Mag ik u morgen verwachten? Best. La Flèche zal u uitgeleide doen.
"Ja, ik voelde 't wel, dat 't zoo moest zijn, 't vroolijke studentenleven." "Niet bij iedereen natuurlijk. Je hóórde daar net van De Veer. En zoo zijn er meer. Als je pas aankomt, beken-je je ook gewoonlijk niet, dat je eenzaam bent. Je zoekt mooie vriendschappen. En als dat teleurstelt, ga-je fuiven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek