Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Toen mijnheer Bernard dezen brief, welken de artist in het bureau van een zijner vrienden, die ambtenaar aan het ministerie van Oorlog was, had geschreven, ten einde gelezen had, frommelde hij hem verontwaardigd in elkaar; en toen zijn blik op vader Durand viel, die op de beloofde fooi stond te wachten, vroeg hij hem ruw wat hij daar deed. "Ik wacht, mijnheer!" "Waarop?"
Kippelaan die dank zij zijn straks gegeven fooi in de kosterskamer is binnengedrongen, en, dewijl hij de jongelieden ongemerkt is genaderd, hun snel gesproken woorden voor een deel heeft opgevangen, vindt het nu een uitmuntend geschikt oogenblik om zijne hartelijke belangstelling nogmaals op alle manieren te betoonen: "Tot in lengte van dagen hoorje! Mevrouw Helmond, mijn enorm compliment!
Dat was me al meer opgevallen, een tramconducteur hoort ook gaarne monsieur, ze laten dit spoedig merken; en wanneer men den koetsier van eene car alpin of gewone diligence maar altijd met monsieur aanspreekt, dan behoeft de fooi later nog niet eens zoo heel ruim te zijn, om op voorkomendheid, ook aangaande het overwicht van den koffer te kunnen rekenen.
Een rijtuig voor vier personen met weinig bagage kost bijna zevenhonderd krans van Resjt naar Teheran, plus tachtig krans tol en twee of drie krans fooi aan den nieuwen koetsier, dien men bij elke halt krijgt. De post doet er ongeveer vijftig uren over en houdt alleen op, om van paarden te verwisselen.
Te Mechelen hadden volgens V. Reinsberg-Düringsfeld, Calendrier belge II, bl. 295, de leerjongens de gewoonte, dien dag van meester tot meester te gaan om een fooi te vragen onder het zingen van bepaalde rijmpjes. Te Keulen is zij met haar geschenken de voorloopster van Sinterklaas.
Kyk, je moet nu eens zoo goed wezen hier te komen staan, alle morgens! En dan houd je 't postkantoor in 't oog. En als ze dan uitkomen de bestellers, weetje? dan let je goed op. En je loopt ze na. En je vraagt de brieven voor de heeren Ouwetyd & Kopperlith. Maar je moet dat niet vragen hier vlak voor 't kantoor, want als de direkteur het ziet, dan worden ze gestraft ... omdat het verboden is, weetje? Je loopt ze na, daar in die steeg, en als ze je-n-'n fooi vragen, of 'n borrel want dit doen ze ... gemeen volk! dan zeg je maar dat je ... neen, dan zeg je niets. Of je zegt maar ... dat je de brieven vraagt voor de heeren Ouwetyd & Kopperlith. Zóó moet je zeggen! En 'n fooi? "Met nieuwejaar" kan je wel zeggen, maar zeg niet dat ik 't gezegd heb, want dan verwachten ze te veel. Onbescheiden volk, weetje? Kyk, daar komen ze! Nu zal ik je wyzen wie onze buurt heeft. Daar, dáár, die magere met z'n dikken neus en slobkousen ... d
"En daar heb jelui goed aan gedaan," antwoordde de kommandant en gaf den matrozen een goede fooi, waarop dezen weer naar hun vaartuig terugroeiden. Nu was Tom ook weer vroolijk, en al zei de dokter ook, dat Jans been nooit meer terecht zou komen, toch rekenden we dat geen van allen als iets. Zijn leven was gered en dat was het voornaamste.
Daar hadt ge 't alweêr: iemand die 's morgens vroeg uit zoo'n nette badplaats per allereersten langzamen trein vertrekt, beteekent niet veel; en ik moest naar het station om mijn koffer naar Bort te verzenden. De hotelomnibus kon ik niet krijgen, en ik was al heel blijde een der hotelknechts eene fooi vooruit te kunnen betalen, waarvoor hij mijn koffer wel naar 't station wilde brengen.
Als je hem oppakt en aan mij uitlevert, zal ik je een goede fooi geven." "Goed, meneer. Hoe ziet hij eruit?" "Hij draagt een gekleede jas en spreekt Spaansch. Dus, opgepast!" De bangka verwijderde zich. Elias wendde het hoofd om, en zag het silhouet van den schildwacht, staande bij den oever.
Die begréép toen meneer 'm op den zolder de kisten liet zien, die streek graag de fooi op en zwéég. Die hielp de volgende nachten 'n handje, kroop zelf op 't dak en verbaasde zich over het wònder. Den derden nacht, langzaam voortvleugelend, maakte de familie haar eerste tochtje bij helderen maanschijn. De honden, maanziek, sloegen aan, de mènschen hadden geen vermoeden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek