Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 mei 2025


Zij echter uitte die gedachte niet; zij wilde hem geen illuzie ontnemen, hij scheen zoo gelukkig in zijn stille hoop. Georges, als het je ernst is, nietwaar.... eh bien raisonnons! hernam zij en schoof haar fauteuil dichter naar zijn stoel. Veronderstel, dat alles eerst rozengeur en maneschijn is, dat je haar vraagt, dat zij je accepteert, wat dan?

Intusschen had Philips II in de hoop, dat het een vorst uit het huis Habsburg gelukken zou, de Nederlanders op nieuw te onderwerpen, den aartshertog Ernst van Oostenrijk, den tweeden zoon van keizer Maximiliaan II en broeder van keizer Rudolf II, tot landvoogd over de Nederlanden benoemd. In het begin van het jaar 1594 hield Ernst zijn plechtigen intocht binnen Brussel.

De meest bekende zijn: Orendel, Salman und Morolf, Hertog Ernst, Sint Oswald. Alle herinneren door hun inhoud en hun trant min of meer aan een vroeger gedicht van dezen aard: de geschiedenis van Koning Rother, al beweegt dat verhaal zich in hooger sfeer dan deze latere werken.

Als boekgeschenk zal het hun zeker welkom zijn. Christelijk Schoolblad. Dit boek wordt warm aanbevolen. Het Schoolblad. Het is de dikwijls vermakelijke geschiedenis van een paar tweelingen, die zooals de »Schoolmeester" zei: »frappant op elkaar geleken!" Maar in dien toon van vroolijkheid mengt zich ook een gepaste ernst. Nieuws v. d. Dag.

Maar je ziet in meisjes-studenten te veel 't liefhebberen in de wetenschap; je hebt er zeker nog nooit ontmoet, bij wie 't wezenlijk ernst is, als bij 'n man." "Dat heb ik wel; jou bijvoorbeeld. Daarom heb ik ook heelemaal niet 't land aan je; maar je bent nu 'n kameraad geworden, geen meisje meer voor me, maar zooals die 't doen," hij keek naar Else en Go "dat 's vleesch noch visch."

Een andere maal, bij die uitstekend-gebeelde openingsscène in Nilus' taveerne, laat hij te midden het vertienvoudigde Jan Steen-rumoer telkens een ezelskop door een luik komen kijken en zijn I-ha balken. Máár eilaci, Couperus-zelf heeft weer eens gezien hoè aardig dit is, en nu wordt hij klaarblijkelijk door zoo een Midsummernight's Dream-Titania-verliefdheid op dien ezelskop bevangen, dat hij dien ter eere niets beters weet te doen dan bij deze gelegenheid, van zijn proza let maar op:"... om de volte, de veelte, de vaalte van het vage" een v-stal te maken. In trouwe: wie begaat nu zóó een alliteratie-trùcje èn meent, dat-ie iets moois heeft gedaan, behalve een veertienjarig gymnasiast?! Zoo wisselt voortdurend het kinderlijkst vaak kinderachtigst spel met den diep-menschelijken ernst af. Hoe uitstekend [p.85] bijv. zijn met weinig trekjes de edele figuren van Plinius den Jongeren en Tacitus, de geestige van Martialis gebeeld; hoe zuiver-idyllisch van toon is hun tafelend samenzijn. En zoo dan kon 't gebeuren, dat ik in mijzelf, al lezend, èn fel spotte, èn genietend prees.... Ja, laat mij naar waarheid hier boekstaven, dat ik ééns zóó ontroerde, dat deze mij oude en vertrouwde gedachte jong-heftig uit haar sluimer zich hief: hoe schoon is het leven naar alle zijden, de ruwe kracht van het volk èn de decadentie der verfijnden; wanneer zal ik toch den Eeuwigen Grond benaderen, waaruit heel die wereld van onafzienbaar-ver fonkelende en elkaar vijandige verscheidenheden ééndr

De opzichter zei dat met ironischen ernst. Halef keek hem zwijgend en toornig aan, maakte een minachtende handbeweging, keerde zich om en ging weg met de woorden: Zwijg dan! Die van zijn voorouders niets weet, kan zich dan ook met mij niet vergelijken! Maar, riep de ander lachend hem achterna, gij hebt zelf, daar straks nog, ook bekend, dat gij evenmin van de uwe iets weet!

Barine zag hare beschermster angstig vragend aan, doch eer deze nog haar gevoelen kon uiten, kwam hen reeds op de trappen van den tempel de hooge gestalte van een man tegemoet. Het was Archibius, en hij beval haar met kalmte en ernst dat zij hem zouden volgen.

Liever: geen enkel parti pris, want van «overtuiging» kan in zóó'n bedorven kring geen spraak zyn. De waarde die in-weerwil hiervan, nog byna overal aan publiek-spreken gehecht wordt, legt 'n droevig getuigenis af van den ernst waarmee men waarheid naspoort.

Hij was 60 jaar en lang en mager; behalve dat hij een arm en een been miste, droeg hij op de plaats waar een van zijn oogen had moeten zitten, een pleister en zijn gezicht was op verschillende plaatsen gekorven. Overigens was hij als een ander. Het ontbrak hem niet aan geest en minder nog aan ernst. Op het punt van moraliteit en eer was hij zeer gevoelig.

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek