Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juli 2025
Ge moet mij helpen. Ik heb iets gedaan buiten u en gij moet mij zeggen of ik goeddeed. Zeg iets, Rup, verbied mij iets. Ge weet, ik heb mij ineens dat leven in Weenen herinnerd. Ik ben verleden week dat roode ding in de Bisschopstraat binnengeloopen en ik heb er gesoepeerd met twee van die halve wereld. Zij heeten Bella en Marjolene. Eergisteren heb ik ze bij me thuis ontvangen.
Eergisteren zagen wij hier bloeiende kampongs, en eene Europeesche vestiging. Nu aanschouwen wij eene effen grijze vlakte. De rivier van Anjer is geheel met specie gevuld. Zelfs geen ruïne is blijven staan, alles is met den grond gelijk gemaakt. Eene meer volkomen verwoesting is niet denkbaar. Een paar bladerlooze boomstammen, aschgrauw van kleur, steken boven de vlakte uit.
"Gij wilt toch niet zeggen, dat hij den klerk, dien gij eergisteren wegzondt, zou kunnen vervangen?" "Neen, mijnheer, ik durf het niet zeggen, alhoewel ik overtuigd ben, dat ik uit dezen leerling der gemeenteschool meer nut zal trekken; maar hij is te jong, en men mag hem in den beginne niet door eene al te hooge jaarwedde bederven." "Inderdaad, de andere klerk had duizend franken.
En dan, had hij niet eergisteren nog gehoord, dat oom naar elders was gegaan omdat hij te duur was, waardoor hij het in Rotterdam niet langer houden kon? Gaandeweg werd hem nu alles duidelijk: Oom Boudewijn was alzoo een vrek! Hoe zou de ontvangst dus wel zijn? Hij stelde er zich weinig goeds van voor. En toch, hij had honger als een paard!
De patroon bleef in de kleine kou die hij afgaf van versch meêgedragen lucht, dichtbij, groot nu de ander zat. "Eergisteren heb ik u over den schouder gekeken op het Zocco.... het was er vol; mijn jongen moest ruim baan voor me maken.... och.... ge moest dat dingie mij geven." Een beitelgleuf leek wel de scheur in zijn kin; maar Vogels oogen keken achterdochtig.
DOM. MANDERS. En mevrouw Alving is toch thuis hoop ik? REGINE. Ja, natuurlijk! Zij is maar even boven om den jongen mijnheer zijn chocolade te geven. DOM. MANDERS. Ja, dat is waar ... ik hoorde beneden aan de aanlegplaats dat Oswald gekomen was. REGINE. Ja, hij is eergisteren gekomen. Wij hadden hem niet vóór vandaag verwacht. DOM. MANDERS. En frisch en gezond hoop ik?
Want, want hij had meer gedaan dan al de helden en grooten, die zij had hooren prijzen, hij had háar liefgekregen, zij was door hem gekozen tot zijn vrouw, en zij, dat was zij-zelf. Háar had hij ontdekt, dat was zijn uitvinding, háar had hij veroverd, dat was zijn heldenstuk, toen hij zeî: "ik heb je lief", en eergisteren: "wat ben je mooi", maakte hij zijn groot gedicht.
Marcel is nog steeds ziek; de heer Blackmaur. onze gastheer, heeft sedert onze komst bijna het bed niet verlaten; en sedert eergisteren heb ik alleen gegeten, bediend door den kok, den eenigen bediende, die nog op de been is: het telegraafkantoor is in een hospitaal herschapen.
Gij spraakt van mijn rang, mevrouw! Als kunstenaar is die moeielijk vast te stellen, althans door mij." »Hors ligne stond er eergisteren in het Journal de la Haye," viel Mina in, wie het verveelde zoolang onopgemerkt te blijven, nu zij wist wie de vreemdeling was.
DR. STOCKMANN. En zoo leefde ik dan hier zwelgend in mijn verblind geluk. Maar gisteren morgen ... neen, het was eigenlijk eergisteren avond ... toen gingen ineens de oogen van mijn geest wijd open, en het eerste wat ik zag, dat was die kolossale domheid van de autoriteiten.... Mevr. BURGEM. STOCKMANN. Mijnheer de voorzitter! Krachtens mijn bevoegdheid...!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek