Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
"O, zoo!" zeide Elisabeth, die oplettend naar de weer te voorschijn gebrachte gaatjes in het zand had gekeken. "Dat is wel mogelijk, Beatrice is zoo'n zonderling meisje. Wat zijn dat voor letters, mijnheer Davies?" Hij zag er onverschillig naar. "Iets wat uw zuster met de punt van haar parasol schreef, terwijl ik tegen haar sprak. Ik herinner mij dat ik het haar heb zien doen."
Maar toch bromde Elisabeth over haar verkwisting dat zij nog maar voortging met een dagblad te koopen, en vroeg waar het toe diende elke week een sixpence aan zulk een weelde te besteden. Doch Beatrice kon er niet toe besluiten van het blad, waarin zij nu en dan van Geoffrey melding gemaakt vond, af te zien. Owen Davies was ook een gestadig verdriet voor haar.
Zij zag, wat haar dwaze jaloerschheid tot dusverre voor haar verborgen had gehouden dat Beatrice niet van zins was met Owen Davies te trouwen, dat zij alleen maar tijd won om een plan, dat zij had, ten uitvoer te brengen. Wat dat was, daar bekreunde Elisabeth zich weinig om, als het maar geen kansen, die voor het oogenblik zwak genoeg schenen, geheel wegnam.
"Drie uur in den regen gestaan," zeide de predikant verbaasd "al dien tijd heeft Squire Davies buiten de deur gewacht! Waarom?" "Omdat hij zoo ongerust over Beatrice was, en niet wilde binnenkomen, denk ik." "Zoo ongerust over Beatrice ei, zoo ongerust over Beatrice! Zou je denken, Elisabeth hm je weet, Beatrice ziet er goed uit iedereen zegt dat zij schoon is "
Toen het lied uit was, defileerden de kinderen op een woord van hun meesteres haar voorbij, door de kweekelingen geleid, en daarna grepen zij met gejuich hun hoeden en petten, en stormden naar buiten in de vrije lucht, waar zij zich in alle richtingen verstrooiden. Toen zij allen weg waren, en ook eerst toen, zag Beatrice eensklaps om. "Hoe vaart gij, mijnheer Davies?" zeide zij.
Gesteld eens, dat Beatrice u niet waardig was, zoudt gij dan toch met haar willen trouwen?" Owen Davies was eigenlijk in zijn hart wel wat bang voor Elisabeth, evenals de meeste menschen, die het voorrecht hadden haar te kennen. Ook was hij zoo dom niet, of hij vermoedde wel eenigszins, dat Elisabeth iets in haar schild voerde, wat, wist hij niet. "Neen, natuurlijk niet," zeide hij.
Zij had gezien dat Owen Davies met haar zuster gesproken had, en hoewel zij niet dichtbij genoeg was geweest om de woorden te verstaan, vermoedde zij er de beteekenis wel van. Beatrice kleurde even, iets wat zoomin de opmerkzaamheid van haar zuster als van Geoffrey ontsnapte. "Ik ga Jane Llewellyn bezoeken," antwoordde zij.
Owen Davies kwam al nader en nader, totdat hij eindelijk vlak bij Beatrice stond, met half geopende lippen en de oogen op haar bevallige gestalte gevestigd, als iemand, die droomt, terwijl zijn geesteloos gelaat flauw verhelderd was door den glans van sterke aandoening.
"Wacht," zeide Owen Davies, met een heesche stem. "Hoor, wat ik u te zeggen heb." Zij sloeg de oogen op. "Met u, mijnheer Davies, heb ik niets te maken; ik ben u geen verantwoording schuldig. Ga uw medeplichtige helpen," en zij wees naar Elisabeth, "om dezen laster over de heele wereld uit te bazuinen." "Wacht," zeide hij weder. "Ik wil spreken. Ik geloof dat het waar is.
Niet dat zij een oogenblik wankelde in haar besluit om den man af te wijzen; maar het zou toch onaangenaam zijn, en eindelijk moest het haar vader en Elisabeth ter oore komen, dat zij Owen Davies een blauwtje had laten loopen, en wat zou zij dan voor een leven hebben?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek