Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


"Ik zal toch wel het recht hebben, mijnheer Davies, om uit te gaan met wien ik verkies?" "Ja, natuurlijk; maar de afspraak om op het kasteel te komen was het eerst gemaakt; zult gij die niet houden?" "Natuurlijk zal ik die houden; ik houd altijd een afspraak, die ik gemaakt heb." "Goed, ik verwacht u dan te drie uur." Beatrice ging in een zonderling geprikkelde gemoedsstemming naar huis.

"Ik zou niets liever wenschen dan met haar te trouwen, want ik heb haar innig lief." "Heeft zij u dan afgewezen?" "Ja." Elisabeth haalde ruimer adem. "Maar ik kan haar weer vragen." Elisabeth fronste het voorhoofd. Wat kon dat beteekenen? Het was geen bepaalde afwijzing. Daar moest Beatrice iets mee voor hebben. "Waarom heeft zij u uitgesteld, mijnheer Davies?

Toen dacht hij aan hetgeen de oude Eduard hem had gezegd, en wat Granger betrekkelijk Beatrice en Owen Davies gezegd had. Beiden hadden hun meening ruw, en zelfs zeer onkiesch uitgedrukt, maar hun meeningen stemden toch overeen, en wat meer was, er was iets waars in, en dat wist hij.

"G E O F F R wel, dat moet Geoffrey beteekenen. Ja, zeker is het mogelijk dat er iemand anders is, mijnheer Davies. Geoffrey! hoe zonderling!" "Wat is zonderling, Miss Granger? Wie is Geoffrey?" Elisabeth deed een onaangenaam lachje hooren, dat Owen's aandacht meer trok dan haar woorden. "Hoe zou ik dat weten?

Na het ontbijt brachten zij Effie naar het strand, en daar gaf haar "tantetje," zooals zij Beatrice noemde, haar les, totdat het kind vermoeid was, en wegliep, om in de zee te plassen of tusschen de rotsen garnalen te zoeken. Intusschen spraken Effie's vader en Beatrice niet over godsdienst, dit punt lieten zij rusten, en ook niet over Owen Davies, maar over allerlei andere onderwerpen.

Maar ge moet mij tijd laten. Ik ben nu te ontroerd." "Wat, nog een jaar? Neen, neen," zeide hij, "ge moet antwoorden." "Ik vraag geen jaar of geen maand. Ik vraag maar één week. Als ge mij die niet geeft, dan trotseer ik u, en moet gij maar doen wat gij niet laten kunt. Ik kan u nu niet antwoorden." Dat was een stoute zet, maar hij was van uitwerking. Davies aarzelde.

Tot haar ergernis, zat Owen tegenover Beatrice, en had zijn oogen niet van haar af, terwijl zij met Effie op haar schoot zat, en Elisabeth, die dit opmerkte, beet zich van jaloerschheid op de lippen. Zij had goedgevonden haar zuster hier te brengen; Davies moest niet denken dat zij Beatrice voor hem uit den weg hield, maar die stilzwijgende afgodische vereering ergerde haar.

Een paar malen zag hij haar een blik op Davies werpen, die alleen in een groote bank tegenover haar zat, en hij meende een zekere onrustigheid in haar blik te bespeuren. Maar Davies beantwoordde dien blik niet. Naar zijn voorkomen te oordeelen, werd zijn gemoedsrust door niets verstoord.

't Is een kwestie van tijd alleen maar een kwestie van tijd." Zoo peinsde Elisabeth, met een hart vol nijd en jaloezie. Zij hield veel van Owen Davies, zooveel als zij in staat was voor iemand genegenheid te gevoelen, ten minste, zij hield veel van den rijkdom en stand, waarvan hij het zichtbaar middelpunt was, en zij haatte haar zuster, die hij begeerde.

"Toen ontmoette ik toevallig den ouden Eduard, die aan 't wandelen was, en hij zeide mij dat hij u en mijnheer Davies naar het strand had zien gaan; daar is zijn voetstap van Davies bedoel ik maar gij schijnt niet zeer gezellig geweest te zijn, want de uwe is er een heel eind van af." "Waarom hebt ge u de moeite gegeven dat zoo nauwkeurig op te merken?" vroeg zij, half lachend en half toornig.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek