Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
Zijn laatste doctorale visite zal hij bij "den majoor" brengen, want de majoor, ofschoon aan de beterhand, is toch de eenige patiënt van wiens ziekte hij nog voor weinige dagen vreesde dat zij een leelijke hinderpaal voor het beraamde reisplan kon worden.
Zooals je reeds weet, is R. gevaarlijk ziek geweest; tot twee keeren toe hing haar leven aan een zijden draadje; doch nu is ze Goddank weer aan de beterhand, en gaat met den dag goed vooruit; vandaag is ze al buiten geweest. Hoe dankbaar en gelukkig we zijn, dat 't zoo goed met haar afgeloopen is, kan ik je niet zeggen.
Hij meent, dat ik me in de laatste jaren te sterk heb ingespannen met huiselijk werk, vooral verleden winter, toen papa zes weken ziek was. Ik heb toen te veel gewaakt, en voelde mij later altijd onplezierig .... en dat is langzaam erger geworden...." »Ja, maar nu ben je aan de beterhand!" »Och!
Mietje heeft hem vrij knaphandig uit een aangewezen fleschje een goede dosis barnsteendroppels toegediend; straks heeft ze gezegd, dat ze "verachtig naar beneden moest, want dat anders de juffer 't in de mot zou krijgen;" en toen met een bijzondere vrijmoedigheid, terwijl zij zich aan zijn arm onttrekt: "Ei, ik zie wel dat je aan de beterhand bent, maar nou mot ik naar beneden. Atjuus!"
Blijf dan kok, zeide Uilenspiegel; maar geneest gij niet, dan sluit ik de keuken en eten wij niets dan beschuit. Ha! mijn zoon, zeide Lamme, die weende van geluk, gij zijt goed als de Moeder Gods. Doch hij scheen aan de beterhand. Alle Zaterdagen zagen de Geuzen hem het middel van den monnik meten, met een langen lederen riem. Den eersten Zaterdag zeide hij: Vier voet.
Hij glimlachte ook niet; maar de goedheid, die uit gansch zijn wezen straalde, was uiterst vriendelijk en genegen. Vere reikte hem hare hand. Ze kon ze hem éene sekonde reiken, en seffens viel ze, uitgeput. Hij vatte ze rap. Goddank, zei hij zoetjes, ge zijt aan de beterhand, mevrouw! Ze antwoordde daar niet op. Ze dacht dat hij zoo fluks gekomen was en ze groette hem: Ik dank u....
Eindelijk kwam hij aan de beterhand; maar nog eens weken duurde het vóór hij zijn bed verlaten mocht; en toen hij voor het eerst weer opstond en gekleed bij het haardvuur in de keuken verscheen, leek hij op een oud, bleek, kuchend en hoestend mannetje met uitgeholde, rimpelige wangen en groote, zwarte oogen, die aanhoudend op akelige tafereelen schenen te staren.
Onder hen vond hij ook de kleine meisjes Hannie van der Merwe en Grietje Prinsloo, die zo wreedaardig gewond en doorstoken, doch nu weer, dank zij de liefderijke verpleging en trouwe verzorging, aan de beterhand waren. Arme kleinen!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek