Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 november 2025


Ik geloof al trokken zij ieder haartje uit mijn hoofd, het zou mij nog geen goed doen. Zoo goddeloos ben ik. Och! Ik ben niets anders dan een neger anders niets." "Nu, ik zal van haar moeten afzien," zeide Ophelia. "Ik kan dien last niet langer hebben." "Ik zou u toch wel ééne vraag willen doen," zeide St. Clare. "Welke vraag?"

"Waarlijk," zeide Feurich, "ik zou beginnen te gelooven, dat zij van hun onderneming afzien en eieren voor hun geld kiezen: zij zullen zich, met het ontbijt van gisteren vergenoegen en willen zeker het middagmaal van heden niet afwachten."

Indien ik ooit verneem dat gij haar tot eenigen den minsten overlast zijt, zal de geheele stad weten wie gij zijt, van den baron Van Nagel af tot uwe hospita toe. Voorts zult gij uwe bezoeken bij den heer Kegge verminderen en er van afzien eenigen invloed op zijne dochter te willen oefenen. Zoo ras ik iets verneem dat daarmede strijdt, komt dit biljet onder de oogen van mijnheer Kegge.

Daarvoor wordt ik gebruikt en daartoe wordt die fortuin in mijne hand gegeven, opdat ik die zal leggen in de hand van de schoone.... Niets schijnt meer gemakkelijk en natuurlijk; maar onderstel nu eens dat die schoone eene leelijke is, of eene gebochelde, of eene ondeugende heks, of eene lastige coquette, of op eenige andere wijze onmogelijk is, althans voor mij, die nog alzoo mijne eigene begrippen heb over vrouwen en huwelijk; wat moet ik dan beginnen; van de erfenis afzien?"

Hij was een smid en daar zeer noodzakelijk; en ik dacht en zeide toen, dat Mammy en hij liever van elkander moesten afzien, daar zij waarschijnlijk toch nooit weder met elkander zouden kunnen leven. Ik wenschte nu wel dat ik dat had doorgezet en Mammy met iemand anders getrouwd; maar ik was dwaas en al te inschikkelijk en wilde het niet doorzetten.

Mijn oom werd even aardig ontvangen door den burgemeester, den heer Finsen, gelijk de gouverneur in uniform, maar even vredelievend van aard en betrekking. Wat den coadjutor, den heer Pictursson aangaat, hij deed juist eene herderlijke reis in het noorderkwartier; wij moesten er dus voorloopig van afzien om aan hem voorgesteld te worden.

De wereld verlatende, was hij als door zijn gewoonten ommuurd. De voornaamste en de onwrikbaarste was, dat hij des daags zijn deur gesloten hield en niemand, voor welke zaak het ook ware, anders dan des avonds ontving. Hij dineerde te vijf uren en zette dan zijn deur open. 't Was de mode zijner eeuw en hij wilde er niet van afzien.

Ik zei afkeurend tot hem: "Kun je niet van je wraak afzien na alle goede woorden, die je in het hospitaal hebt gehoord en den goeden raad, dien je hebt ontvangen? Wij hebben met veel moeite en zorg je opgeknapt, en nu zouden we na een paar dagen je oom hier krijgen en weer dezelfde zorgen aan hem moeten besteden."

Dien adel, waarvoor ik mij sinds eenige weken zooveel dwaze moeite gaf, zal zelfs zij.... dat heerlijke kind er nu van afzien, ter wille van dien vader? Onvoorzichtige Ronner! je hebt je te zeker gewaand van haar zucht naar die glorie, gesteund door dat malle creatuur van een moeder. Dien vader heb ik beschouwd als een onding, die zelfs in 't oog der dochter geen stem had.

Lichtjes beneveld gingen zij slapen en 's anderendaags ontwaakte Miranda minder droefgeestig gestemd. Het gezellig avondje had hem over zijn zwaarste leed heen geholpen. Twee dagen later kwam de Verdierenpikker thuis. Een groot verlangen naar zijn stad had hem van de voorgenomen reis doen afzien. 'k Had het wel gepeinsd ...

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek