Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 oktober 2025
Later, als zij reeds vol nectar zijn en geen lust meer gevoelen om zich met iets ernstigs bezig te houden, dan gaan ze zitten op het plekje van den hemel, dat het meest naar voren uitsteekt, en nemen, met het hoofd voorover, een kijkje van hetgeen de menschen zooal doen. Ze kennen geen prettiger schouwspel. Lieve hemel, wat is dat voor een tooneel! Wat krioelen de zotten dooreen!
"Ik weet het niet," zegt Clara, "ze is dadelijk na mij opgestaan, en ze was al bezig het haar te vlechten, toen ik naar beneden ging." "Waar zit ze dan weer," bromde Vader verdrietig, "ga eens kijken." "Nellie zoeken, Nellie zoeken!" kraaiden de jongens, en ze sprongen van den stoel op. "Neen, gekheid," zei Moeder, "jullie blijft zitten. Clara kan alleen wel gaan.
"Toen de voedering met esparsette begon, smaakte deze kost den ouden heer zoo goed, dat hij graag den geheelen voorraad voor zich zelf in beslag genomen zou hebben. Hij ging er dus bij zitten, knorde, beet naar de lammeren, sprong zelfs een van hen op den hals en liet het duchtig zijne tanden voelen.
Hij ging op een stoel zitten, en steunde het hoofd in de handen. Op eens begon zijn gezicht te trillen en te beven, en hij kreeg tranen in de oogen, die hij haastig wegveegde. Er kwamen nieuwe tranen, die hij even snel wegveegde, maar het hielp niet. Er kwamen telkens meer. Nu deed zijn moeder de deur van de kleine kamer open, en hij draaide gauw zijn stoel zóó, dat hij haar den rug toekeerde.
Met een vlugge wippert zet-ie het achter de kiezen, smakt met de tong, slaat met de armen heen en weer tegen de borst. De wind steekt op, stuift het stof van de baan. Bij het Badhuis, vroolijk omlijnd, is een zwarte woelige drukte. Binnen en buiten het café, met aangebonden schaatsen, zitten juffrouwen en heeren, dames met coquette hoeden, heeren met pelsmutsen en souspieds.
Broeder Alberto ging heen en zij bleef zoo verheugd achter, dat zij geen oogenblik meer stil kon blijven zitten en dat het haar duizend jaar scheen te duren, eer de engel Gabriël kwam. Broeder Alberto die bedacht, dat hij dien nacht ruiter en geen engel moest wezen, begon zich met meelspijzen en ander goed voedsel te versterken, opdat hij niet licht van het paard zou worden geworpen.
Hij is buitengewoon vlug en behendig, huppelt en vliegt met even groot gemak, bukt zich of wipt althans met den staart bij iedere gelegenheid, ook wel zonder dat er reden voor bestaat. Bij 't zitten heeft hij een vastberaden, opgerichte houding.
Als de brugleuningen vandaag gewit worden, zitten zij morgen al weer vol wajangfiguren, geteekend met houtskool of een stukje roode baksteen, door naakte, bemodderde aapjes. 't Is wel makkelijk voor ons, om een teekenaar in onze omgeving te hebben; willen wij 't een en ander hebben, dan hoeven wij 't maar te zeggen en uit te leggen.
"Watte?... Ikke? ... 'k Heb 'm nog niet gezien." "Daar belt-ie net." "Heeft je pa je niet verbojen, bengel, om nog voor 't eten uit te gaan?" "Ja moe, maar ik had an Hendrik 'n schrift geleend, dat 'k terug most hebben." "Wat heb je weer in je zakken zitten?" "Niks." "Wat, niks? Hoe kom je an geld voor zooveel knikkers?" "'k Heb ze gekregen." "Je jokt." "Nee heusch niet." "Je jòkt."
Met één sprong zou zij gemakkelijk over hen heen kunnen komen, maar weet, dat zij dan verloren zou zijn, want de Hond kan haar wel inhalen. Als deze, zonder haar aangevallen te hebben, eindelijk weggaat, blijft zij dikwijls volkomen rustig zitten; zij wacht, als de Honden terugkeeren willen, nog tienmaal hun aanval af en weerstaat hen steeds.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek