Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 mei 2025
Aangetrokken door een macht sterker dan zij-zelve, drong ze door de menigte heen, en voorovergebogen, met de hand op Mannaeï's schouder, luisterde ze toe. De stem verhief zich: "Vloek over u, Farizeërs en Sadduceërs, gij, adderengebroed, gezwollen wijnzakken, holklinkende cymbalen!" Men had Jaokanann herkend. Zijn naam ging van mond tot mond. Vele anderen kwamen toeloopen.
Waaraan had de menschheid zulk een straf verdiend? Slechts Marie's handen waren nog mild. Waar ze helpen kon, hielp ze. Met een glimlach zag ze ook voor haar den tijd van rouw tegemoet. Want wanneer de honger begint over een volk, kent hij geen einde. Een avond, dat Anne aan haar tafel zat, deelde Marie het brood. Ze gaf haren man, haar kinderen en Anne gelijke stukken, doch zij-zelve nam niet.
Hij sprak er nu over, omdat zij-zelve het gesprek er op gebracht had. Maar zij verklaarde in 't geheel niet koel tegen hem te zijn geweest. Zij was misschien een beetje stiller; hoe dit kwam, kon zij niet uitleggen. Eigenlijk, ja, eigenlijk vervreemde haar wel een beetje van hem, altijd natuurlijk maar een heel klein beetje, zijn kalm ongeloof.
En zij-zelve scheen altoos zoo blij, als zij hem zag; dan glimlachte zij en liep haastiger. Zij had hem ook gezegd dat zij met niemand zoo graag wandelde als met hem. 'Maar, Johannes, vroeg zij eens, 'hoe weet je al die dingen? Hoe weet je wat de meikevers denken, wat de lijsters zingen, hoe het er in het konijnenhol en op den bodem van het water uitziet?
Hoe zij het maakte, hoe zij-zelve het maakte, dat zij haar in zoolang niet had mogen zien, lieve omstreken, Mathildes buitentje mooyer gelegen dan het hare, vlak aan den straatweg, gezellig leven, elkaâr veel bezoeken, Felix, haar zoontjes, Jozef, het rijtuig, de spoor, de heer Ster, geen madera, neen, nooit iets gebruiken voor den eten, nog eens Jozef, spoedig te-rugzien, onaangenaam weêr.
Al verzelde Peter haar niet, omdat zijn bezigheden hem op het veld riepen, toch was Geertje niet alleen, want, ze droeg den kleinen springer op haar arm, 't kind waarvan zij, zij-zelve, en voor de eerste maal moeder was.
Hij liep langs de spelende kinderen, en hij stond stil voor 't huis der vrouwe van Stavoren. Hij klopte aan haar deur. Zij-zelve deed hem open, en vroeg zijn begeeren: "Eenen visch heb ik gevangen, zoo groot, als nog nooit een mensch heeft gezien. En ik dacht dat is spijs voor de rijke vrouwe." Zij zeide: "Toon mij den visch, dat ik oordeelen kan."
Hij die van hun aalmoezen leefde, had gestaan naar den koningstitel, dien zij-zelve even begeerig najoegen als hij! Maar voortaan geen vrees meer! "De kerkers van Tiberius worden moeielijk ontsloten, en men is er niet altijd zeker van zijn leven!" Antipas begreep haar, en hoewel zij Agrippa's zuster was, leek haar wreedaardige bedoeling hem gerechtvaardigd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek