United States or Falkland Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dit is geen teeder lied van liefde en leed, dit is geen mijmerende klacht van minne, het is een donderende vrijheidskreet en houdt het helderst vuur van wijsheid inne dat ziedend in der menschheid boezem lag en losbreekt met verbijsterenden slag.

En het hoofd met moedeloosheid schuddende, liep hij de deur uit. De vrouw hernam haar huiswerk en schonk de koffie op, zij legde eenige eieren in een keteltje met ziedend water, en spreidde een ammelaken over de tafel. Alhoewel zij zich sterkmoedig had getoond in het bestrijden der bijgeloovigheid van haren man, was zij evenwel niet zonder eenige ongerustheid.

"Dat plan om ons naar het land der tegenvoeters te voeren!" "En dat tegen onzen wil!" "Juist, tegen onzen wil!" "O! dat die Robur oppasse!...." "Ja, dat hij oppasse!" "Want ik ben de man er niet naar," zei Uncle Prudent ziedend van toorn, "om hem zoo maar zijn gang te laten gaan. Neen, waarachtig niet!" "En ik ook niet!" zei de secretaris. "Maar geloof mij, Uncle Prudent...."

Zij mocht het kasteel niet uit dan met dicht gevolg van vele gewapenden, ter jachte of ten tornooi of ten pelegrimage en verder bleef zij onverbiddellijk binnen. Twaalf muren omringden het slot, tusschen iedere twee muren een diepe gracht en het al omringde een diepe, breede rivier, die was van steeds ziedend water en wie er in verdronk, verbrandde eveneens.

Maar als men zijn rug naar het gedrocht toekeerde en stroomopwaarts liep, met inspanning ploeterend langs den oever en van rotsblok op rotsblok tusschen 't ziedend water springend, dan was het tafereel van een overweldigende grootschheid.

"Niks..." De man vloekte razend. Eerst wou-die d'r slaan. Toen scheen-ie te denken. Kwaadaardig smeet-ie de zakken neer: ..."Lui beest!... motte wij voor jou zorge?... Madam!... Luie madam!... Ik loop me poote kapot... Jij vreet alleen... Da's uit nou!... 'k Heb an moeder genog... Stik voor mijn part!... Lamme beroerling!" Ziedend van drift, smeet-ie de deur achter zich dicht. Stil bleef de meid.

Maar trof hem het een of andere projectiel, dan ontwaakte zijn gevoel van eigenwaarde, en bovenal wanneer dit werptuig een hippologisch spoor op zijn jas of hoed achterliet, keerde hij zich, met zijn stokje dreigend, om en riep, inwendig ziedend van toorn, niet zonder eenig valsch pathos: „Kwède jongens,” „insolente jongens”, ofonbeschèmd rèpèlje!”

Ziedend, schuimend, wou zijn blijdschap zich een uitweg banen.... zwelgen wou hij in een wilden, driftigen roes.... hij móest zijn vreugde uitvieren, hij móest!.... Ja, maar, heeren, protesteerde Wouters, de uitgever. Daarvoor zijn we niet hier gekomen.... Nee, nee, u hoeft ook niet mee te fuiven, stelde Jan hem gerust. Eerst zaken, eerst zaken.... Zaken zijn zaken....

Exaël is ziedend van haat tegen Segol, als tegen zijn overwinnaar, die hem van het bezit van Zilfa ontzet.