United States or Martinique ? Vote for the TOP Country of the Week !


Langzaam sukkelde de kar den zwaren zandweg over, nu en dan op een steen stootend of over een kussen dopheide heenwippend. De beide vrienden hadden echter oog noch oor voor het natuurschoon en het lied der schepping. De boer achtte het geraden zich maar te houden alsof hij alleen was, ten minste zoolang de kar nog in de buurt van het dorp reed.

Op zijn teenen sloop Van Halen het huis langs, maar nauwelijks was hij uit het licht van de herberg en op den zandweg, of hij begon te loopen zoo hard hij maar kon. Hij kon naar gis nog geen half uur in het rulle zand voortgehold hebben, toen hij een huis ontdekte. Dat zou stellig wel de woning van oom Boudewijn zijn. Hij klopte aan. Geen antwoord. Hij klopte luider; maar alles bleef stil.

Wat er in zijne ziel was omgegaan, wat hij gevoeld en welke zaligheid hij gesmaakt had toen dat rijtuig op den zandweg hem, in Adelgonde Van Bergen, nogmaals dat bekoorlijk droombeeld in de werkelijkheid had doen aanschouwen, die zielstoestand, dat gevoel, laat zich niet beschrijven.

Moeder stond klaar met het pak voor d'r buik, Trien sloeg de plooien uit d'r rokken, nam haar pak op en sjokte naast de andere. Op den stoffigen, gloeiend-heeten zandweg liepen ze naast elkaar, met de armen om de pakken gewrongen. Moeder zweette en hijgde als een afgebeuld karrepaard, Trien stapte dof en gelaten, met een vuurrood verhit gezicht en met lippen die gloeiden van dorst.

Nadat zij, op deze wijze, gedurende eenigen tijd door de modder hadden voortgesukkeld, kwamen zij op een gullen zandweg, die hen in korten tijd tot bij een wetering bracht, bij welke zich voor een boerenherberg eenige lakeien bevonden, in deftige livreien uitgedost en allen te paard gezeten, welke, zoo 't scheen, dit of dat voornaam personage stonden af te wachten.

De groene korenaren schommelen en wuiven, als 't ware stoeiend onder lang-strijkende golvingen; de blonde zandweg kronkelt eenzaam naar stille verten; en in den zonneblauwen hemel drijven, o zoo hoog en puur en glinsterwit, fantastische drommen van donzigzachte en lichte wolkjes...

Boomen, in uw' looverlane, tellende, een voor een, u al, 's zomers, zoete abeelenbane, zelden ik nog komen zal! 't Deert mij zoo!–De abeelenboomen liggen langs de grachten heen, die den ouden zandweg zoomen, hals en handen afgesneên! VOETNOOT: 1 Vijzen = schroeven.

Zoo gaat het, Heer des levens: al zoo lange ik, in den hoogen throone, U zelven eerst niet zien en zal, den nu nog onaanschouwbaar schoone, zoo lang zal licht en zonneschijn me, en 't leven ook, een schaduw zijn! 2 Loodverwig. 3 Onschoon. 4 Aarde. 5 Gras. Verschgevelde abeelenboomen liggen langs de grachten heen, die den ouden zandweg zoomen, hoofd en armen afgesneên.

Het zal wellicht eenig azend gedierte zijn waarvoor mijn schimmel zich bevreesd maakte, dacht Alonzo, en het beest nu de sporen in de lenden drukkende, galoppeerde hij over den breeden zandweg, gedurig uitziende naar den zijweg waar zich het Steenen kruis bevinden moest.

Terwijl hij heendraafde over den kronkelenden zandweg, die van het genoemde dorpje naar Rys geleidt, was het hem meer dan eens voorgekomen, alsof er, behalve Daamke, die achter hem reed, nog iemand was, die hem volgde, die stilhield, wanneer hij stilhield, en zich weder in beweging stelde, zoodra hij voortging.