United States or Maldives ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wolken, 't zijn... lijk sperreboomen, uitgespreid, alhier aldaar, staan, ten oosten heen, de zoomen vol, van 's menschen woonsteê. 't Jaar wendt te zomerwaard zijn schreden, nacht aan 't worden is 't, en heden helder was 't een dag, voorwaar.

In ’t breede lommer van de lage boomen Glipt, glipt het beekje langs de holle boorden; Het streelt de blonde bloemen aan zijn zoomen, En zingt een lied vol murmelende akkoorden. Toen kost gij, lieve, uw lust niet meer betoomen, Maar waadde’ door de golfjes, die bekoorden: Zij wijken, nu zij bij uw voetjes komen, En kussend fluisteren zij liefdewoorden.

De triomfeerende ziel is als een zon, die boven een wolkenduister landschap dagend, gulden zoomen van schoonheid aan die wolken maakt; de onvrije ziel een zon, die, door de wolken verwonnen, onmachtig blijft: het strijden en jagen van hun duistere gestalten, het vagen hunner schaduwen over boomen en vaarten is de eenige schoonheid, die ge ziet: de kracht der sentimenten en gedachten, zij laten de opkomst der al te zwak-stralende niet toe.

Ze volgden Jo's idee om de lange zoomen in vier deelen te verdeelen en ze Europa, Azië, Afrika en Amerika te noemen; zoo kwamen ze een heel eind vooruit, onder 't praten over de verschillende landen, die ze al zoomende moesten doortrekken. Om negen uur werd het werk opgeborgen en zongen ze zooals altijd, eer ze naar bed gingen.

Zijn voorhoofd is stroogeel, elke veer met een donkerder schaft; deze plek is van achteren begrensd door een voorhoofdstreep, die zich achterwaarts verlengt tot een wenkbrauwstreep; de bovenkop is donker-, de achterkop omberbruin; de langere, blauwgrijze veeren van den nek zijn zwart op de schaft en aan den rand en hebben twee witachtige vlekken aan den top; de zwarte keel is door een witten band omgeven; de bovenborst is blauwgrijs, de onderborst geel, iedere veer met lichtere spits en zwarten zoom; door de eveneens zwarte zoomen van de bruinroode veeren op het midden van den buik ontstaan schelpvormige figuren; de veeren van de flanken zijn bruin met breede, witte, de onderdekveeren van den staart lichtgeel met donkere schaften; de slagpennen zijn bruingrijs, de armpennen met geelachtigen zoom, de stuurpennen zuiver grijs.

Het tafeltje, nu met een strijkdeken bedekt, stond voor het vuur; over de leuning van een stoel hingen een paar grove, maar helder-schoone hemden, zoo pas gestreken, en Tante Chloe had een ander vóór zich uitgespreid. Zorgvuldig streek zij alle zoomen en naden plat, en hief nu en dan haar hand op om de tranen af te vegen die over hare wangen rolden.

Die bijzonderheden waren: de vlakke zoomen aan weerszijden van de valleien, welke randen zich dikwijls tot smalle vlakten verbreedden; de heldere kleuren, voornamelijk rood en purper, der volkomen naakte en steile heuvels van porfier; de indrukwekkende en onafgebroken steenaderen, welke het voorkomen hadden van muren; de duidelijke afscheiding der lagen, die, daar waar zij bijna verticaal stonden, de schilderachtige en ruwe middentoppen vormden, doch bij geringere helling de groote bergenmassa aan de grenzen der keten samenstelden; en eindelijk, de rechte kegelvormige stapels fijn en helderkleurig rotspuin, die onder een steilen hoek van den voet der bergen af, soms tot eene hoogte van meer dan 2000 voet langs de wanden opliepen.

Zij had reeds eenige dagen te voren overwogen, hoe zij de kinderen bij die gelegenheid zou kleeden. De kleedingsstukken waren genaaid, gekeerd en gewasschen, de zoomen en vouwen uitgelegd, de knoopen vastgehecht, de strikken terecht gestoken.

Nooit had hij zulk een treurende schare gezien. De mannen hadden de oude versleten begrafenishoeden op; de vrouwen de witte boezelaars met de breede zoomen voor. Allen zongen, allen hadden tranen in de oogen, allen droegen rouw in hun hart. Toen begon de oude Proost te beven van ontroering. Wat moest hij aan dit rouwdragende volk zeggen? Hij moest ze zien te troosten.

Voorbij die bank, beginnen de oevers meer tot elkander te naderen; en hoewel de rivier nog eene breedte heeft van meer dan zes kilometers, bespeurt men toch langs de zoomen eenigen plantengroei; dan vertoonen zich dwergachtige palmen, door den zeewind gekromd; straks groeien de eenzame boomen aan tot groepen, dan, naarmate wij dieper landwaarts indringen, tot geheele bosschen van palmen.