Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 mei 2025
"Woudt ge hem met dat groote zware mes gaan snijden? Gij zoudt hem geheel in elkaar drukken en al het mooi van het rijzen bederven. Hier heb ik een oud dun mes, dat ik er met opzet scherp voor houd. Daar, ziet ge, dat gaat er door, zoo licht als een veertje. Eet nu maar, ge zult niet licht iets krijgen dat lekkerder is."
Wij leven zoo stilletjes voort; we konden het wel wat breeder hebben, als jij maar wat meer woudt afschuiven, maar jij bent nou eens niet scheutig; anders..." "Wou je me nog gauwer doodarm maken?" "Waarachtig niet, Strijkkie, we moeten langer pleizier van je geld hebben dan vandaag of morgen; daarom doen we langzaam aan, dan breekt het lijntje niet." "Zanik nu maar niet langer.
Een jongen stapte naar voren, en zei ja. Ik nam mijn tafeltje en zeide: Op wien woudt gij wedden? Op Ben-Hur, den Jood, antwoordde hij. Toen zeide ik: Om hoeveel zullen wij wedden? Hij antwoordde ... hahaha! O, Messala, ik moest zóó lachen, 't was zoo gek, hahaha! Messala keek Cecilius vragend aan, en deze zeide: een sikkel; welke mededeeling een luid en algemeen gelach veroorzaakte.
Ga jij je gang maar moedertjelief: je woudt zeggen dat dokter ons toen hier in huis heeft laten blijven, niewaar?" "Ja kind, en ik zou van alles willen ophalen, en vooral hoe dokter je zelf zooveel heeft geleerd dat je zoo'n goed examen als apotheker kondt doen; en van alles en alles wat hij meer deed om ons onze smart te verlichten, terwijl anderen...."
Een van zijne handen was afgegleden en rustte op de stoep. Tirza viel op hare knieën en wilde die hand kussen, maar de moeder trok haar terug. Pas op, kind, vermaande zij, wat woudt gij doen? Onrein! Onrein! De arme Tirza week verschrikt achteruit, alsof haar broeder de melaatsche was. Ben-Hur was schoon om aan te zien.
Nadat de medicus naast hem was gaan zitten, voelde hij hem de pols en sprak in het bijzijn van de vrouw: Kijk Calandrino, om als vriend tot u te spreken hebt gij geen ander kwaad dan dat gij zwanger zijt. Toen Calandrino dit hoorde, begon hij smartelijk te schreien en te zeggen: Wee mij! Tessa, wat hebt gij mij gedaan, dat gij niet anders dan boven woudt liggen? Ik heb het je wel gezegd.
"Dát was de weg, dien alle dichters gingen, "Die niet om zelfs-wil maar om Zielswil zingen ... "Zoo blijf, wat gij steeds zijn woudt, een van dezen." Meester!... vergeef, dat 'k U zoo noeme in schromen, Maar met een diepe, als bovenaardsche vreugd, Sinds 'k als een vaag-ontroerend na-geneugt Van overschoone en lang-geleden droomen,
Gij kijkt zoo plechtig als eene doodkist." "Ik ben heel benauwd, meester. Ik heb altijd gedacht, dat meester voor alle menschen goed zou zijn." "Wel, Tom, ben ik dat dan niet geweest? Komaan, wat woudt ge hebben? Gij wilt om iets vragen, denk ik, en dit is de inleiding." "Meester is altijd goed voor mij geweest. Ik heb in dat opzicht niets te klagen.
Hij kon niet gelooven aan de schuld van zijn meester. "En wat woudt gij nu van mij?" vroeg hij aan den inspecteur, een laatste poging doende om zich te bedwingen. "Dit," antwoordde Fix. "Ik heb tot hiertoe het spoor van dien Fogg gevolgd, maar ik heb de volmacht om hem in hechtenis te nemen nog niet uit Londen ontvangen. Gij moet mij helpen om hem te Hong-Kong te doen blijven." "Ik! Ik zou...."
Ze zat met haar zoontje bij het vuur, en schrikte letterlijk toen ik binnenkwam. Ik zei: "Goeje morgen juffrouw, of u die kleeren eens woudt passen," en toen stond de juffrouw op, kwam naar mij toe en vatte mij zoo aandoenlijk bij de handen, dat ik er puur kippevel van kreeg.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek