United States or Israel ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dien ten gevolge vertrok Tokiyori uit op zijn uitnemende zending, en kwam ten slotte te Sano, in de provincie Kozuki. Het was toen in den wintertijd, en een vreeselijke sneeuwstorm was oorzaak, dat de aanzienlijke wandelaar het spoor bijster werd.

Toen zei de nacht: «Loop het donkere dennenwoud in; daar heb ik den dood met het kind naar toe zien gaanIn het dichtst van het woud bevond zich een kruisweg, en zij wist niet, welke richting zij nu moest inslaan. Er stond daar een doornstruik: deze had bladeren noch bloemen; maar het was dan ook in den barren wintertijd, en er hingen ijskegels aan de takken.

De afgelegenheid der hoeven, waar men gedurende een groot deel van den langen wintertijd niet op of af kan, is oorzaak dat men in allerlei opzichten zichzelf heeft leeren redden; men is er zijn eigen smid, zijn eigen timmerman, wever of kleermaker.

Voorts wordt er veel werk gemaakt van versiering van het huis- en landbouwgereedschap; men snijdt er figuren in en kleurt die zoo sprekend mogelijk. Ik heb hooi- en mestvorken gezien, hooiharken, schopstelen, ploegstaarten, die op deze wijze met zorg versierd waren. Men maakt, herstelt en versiert zijn dagelijksch gereedschap in den langen wintertijd.

Den volgenden morgen dan gaf mevrouw mij orders om de nieuwe lozee van mevrouws kleeren een stel uit te zoeken, want wat ze aan 't lijf had was bijster verlapt en schunnig en voor den wintertijd kaal en dunnetjes. Wat zag die arme nicht, bij daglicht bekeken er millankeliekjes en schraal uit. Grummels! ik had er mee te doen.

Daarom mag ik ook niet treuren, vooral den moed niet laten varen, omdat het schoone zoo snel verdwijnt, omdat de wintertijd in de natuur en in mijn leven zoo spoedig aanwezig is!"

Ach! hoe trillen mij de leden, 'k Loop naar 't hoekjen van den haart; Vader zegt: in zulk een koude dient er hout noch turf gespaard. o Wij hebben zo veel voorraad voor den schralen wintertijd; Daar men mij met warme kleeren voor den strengen vorst bevrijdt. Winterpeeren, kool, en appels boter, vlees, ja wat niet al, Ligt er reeds in onze kelder, dat ons lekker smaken zal.

De verblijfplaats van den kluizenaar, die bij zacht en zonnig weder zeer liefelijk was, was in den wintertijd somber, immers als het sneeuwde, was de man van den omgang met menschen afgesloten. Op zeker tijdstip viel de sneeuw zóó hevig neer, dat zij op sommige plaatsen tot een hoogte van twintig voet lag opgestapeld.

De hond zag er dan uit als een geitje, wanneer het hem in den wintertijd vergund werd, in dit gewaad met de signora te gaan wandelen. Bellissima was buiten en niet aangekleed! Wat moest daarvan komen? Alle phantasieën waren verdwenen, maar toch kuste de knaap het metalen varken en nam Bellissima op den arm; het beest trilde van de kou, daarom liep de knaap zoo hard, als hij maar kon.

Rijzige dadelpalmen, vol goudgele vruchten, stonden allerwegen verspreid over de akkers, die in alle richtingen door goed onderhouden slooten en kanalen doorsneden werden. Niettegenstaande het in den wintertijd was, schoot de zon uit den wolkenloozen hemel warme en heldere stralen over de velden.