Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Dit zeggende nam ik de tafellakens en hing die aan de dames als regenschermen om. Weinstübe liep vooruit, zeker met het oogmerk om de beste plaats voor zich te nemen. Reynhove en Suzanna ondersteunden Tante en ik volgde met Henriëtte. Dan nauwelijks waren wij op het dek, of een windvlaag kwam met zooveel geweld tegen ons aan, dat wij werk hadden om ons op de been te houden.
En inderdaad zag ik nu ook, dat de twee paarden een eind dichter bij waren dan het eene; ofschoon het rijtuig, dat door de eerstgemelden getrokken werd, wild over den weg heen en weder slingerde, terwijl de sjees van Reynhove met een gelijken gang vorderde. "Hoera!" riep Weinstübe, met den hoed zwaaiende: "had je nu mijn foorschtel maar aannemen willen. Het sakkie toeppeltjes is mein."
"Permitteer mij, dat ik den knecht roepe om den boel hier wat in orde te brengen." En weg was hij. "Die is ten minste beleefd," zeide Suzanna, en wierp een zijdelingschen blik op Weinstübe. "Ja! dat is ook waar," zeide ik, den onbeschoften knoet naderende: "Mijnheer!" zeide ik, hem op den schouder tikkende: "zoudt gij zoo goed willen zijn, uwe plaats aan de dames af te staan? Mijnheer!"
"Wilt gij eens weten, wat wij hebben afgesproken, onder uw welnemen," zeide ik: "Roggeveld zal zijn boerewagen inspannen, en daarmede zullen Reynhove, Weinstübe en ik naar Muiden vertrekken." "Beau trio de baudets," mompelde Suzanna.
Maar gij doet mij mijn ongelijk gevoelen. Wat er ook gebeure, laat mij ten minste dezen troost, dat gij niet ontevreden op mij zijt." Zij antwoordde mij niet, maar drukte mij met aandoening de hand, en toen, de hare wegtrekkende, veegde zij zich de oogen af en wendde het gelaat om. Op dit oogenblik ging het schot af. "Mein Kot!" riep Weinstübe, opspringende: "Was ist das?"
"Ik ben uw seconde, Blaek!" zeide Van Ranst, zich oprichtende, en de breede borst omhoogzettende. "Ja kottorie! dat kun je niet onder je laten, Plaek!" zeide Weinstübe. "Wees toch zoo dwaas niet, Blaek! zeide Reynhove, tusschen beiden tredende: "onze vriend Huyck heeft perfect gelijk.
"Wel! is het mogelijk?" hernam Helding, de handen van verbazing in elkaar slaande: "ik ben er waarachtig van ontsteld." "Toe geschwind! trink tan tegen den schrik," zeide Weinstübe, hem inschenkende.
Mevrouw Van Bempden, mijn nicht Blaek, Mejuffrouw Huyck." "Mefrouw fon Pempten!" herhaalde Weinstübe, terwijl hij dadelijk een zeer nederigen toon aannam en een menigte strijkages maakte: "ick pin zeer verheugd, die eere te heppen. Wie faart de familie?"
"Is er vuur aan?" vroeg Tante, met vaardigheid opstaande: "dan ga ik er stellig heen, want ik verga hier van de koude." "Ja!" zeide Weinstübe: "dan ka ich er auch heen: denn ich pin sehr kaut." "Met verlof," zeide ik tegen Tante: "dan moeten wij zien, dat wij u tegen den regen beveiligen. De overtocht is wel kort; maar toch lang genoeg om nat te worden."
"Ik hoop voorwaar van neen," antwoordde ik, mijn best doende om een opgeruimd gezicht te zetten: "wij bevinden ons hier niet op een onbekende kust noch bij een onbewoond land. Er zwerven hier altijd zooveel visschers rond, dat het wel wonder zoude zijn, indien men ons niet bespeurde." "Ach Kot! 't zal wel de laatste maal seijn, dat ich op 't water kom," zeide Weinstübe.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek