United States or Israel ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ieder onzer, in welken kring ook geboren, streeft naar verbetering, de ééne in materieelen, de andere in moreelen of intellectueelen zin; de gierigaard verrijkt zich als moest hij nooit sterven; de geleerde studeert onophoudelijk, dorstend naar het onbekende en wanhopend over hetgeen hem nog te leeren overblijft; de kunstenaar tracht meer en meer het ideaal der hoogste schoonheid te bereiken; de denker ziet eene meer volkomen menschheid vóór zich, en zoo gaat de mensch door al zijne hartstochten, verlangens en aspiraties, in vreugde en in smart, steeds vooruit, en wel verre van voldaan te zijn met wat het leven ons schenken kan, bepalen wij den kring onzer verlangens niet tot deze aarde alleen, doch voelen wij ons geroepen, die hooger op te voeren.

Toen rolden er groote, ronde tranen over zijn wangen. Zoolang hij zich herinneren kon, was er nooit een oogenblik of een plaats geweest, waar vader hem niet hooren kon en nu zeide moeder hem, dat het toch niets gaf of hij al riep! "Vader kan me niet hooren!" klaagde zijn kleine hartje, en hij huilde zóó wanhopend als hij nog nooit gehuild had.

"Welnu, laten ze hem mijn soep geven!" riep de kleine Jack uit. "Ik kan er best buiten!" Op dit oogenblik deed zich het geblaf duidelijk hooren. Drie honderd voeten slechts waren de twee schepen van elkander verwijderd. Bijna onmiddellijk vertoonde zich een groote hond op de verschansing aan stuurboordszij en klampte er zich aan vast, terwijl hij wanhopend bleef blaffen.

"Toe, vertel er mij eens alles van, en laat ik het genezen, zooals ik de andere pijn heb gedaan." "Dat kun je niet; hier helpt niets voor." Verder kon Betsy niet spreken, maar ze klemde zich aan haar zuster vast en schreide zoo wanhopend, dat Jo er van schrikte. "Waar zit het? zal ik Moeder gaan roepen?"

Men bleef stil liggen totdat de insecten zich begonnen te vertoonen, en deze droegen er niet weinig toe bij om onze vrienden wanhopend te doen worden. Toen het al te erg werd, bestrooide men den grond weder met kruit, en dat hielp. Eindelijk, na langen tijd rusteloos te hebben liggen wenden en keeren, gelukte het hun laat in den nacht in slaap te komen.

Toen zeide de koning: "Dien wagen moogt ge mij wel geven, Kevenhüller." En hoewel hij weigerde, hield de koning vol en wilde den wagen hebben. Toen zag Kevenhüller, dat in 't gevolg van den koning een hofdame stond met licht haar en in 't groen gekleed. Hij herkende haar wel en begreep, dat zij het was, die den koning geraden had om zijn wagen te vragen. Maar hij werd wanhopend.

Doch eensklaps vloog hij naar de deur; hij stormde de trap af, en liep in zijn hemd de afspanning door, tot op de straat, al roepend: Mijne vrouw? waar is mijne vrouw? Maar hij kwam dadelijk terug, want de straatjongens jouwden hem uit en smeten met steenen naar hem. En Uilenspiegel zeide tot hem: Kleed u, Lamme, en wees niet wanhopend, gij zult ze terugzien, vermits gij ze heden gezien hebt.

Claude Queux had een brood gestolen; Jean Valjean had een brood gestolen. Een Engelsche statistiek toont aan, dat te Londen vier diefstallen van de vijf uit honger bedreven worden. Snikkende en bevende was Jean Valjean in het bagno aangekomen; gevoelloos verliet hij het. Hij was er wanhopend ingegaan; somber ging hij er uit. Wat was er in zijn ziel omgegaan?

Akelig en wanhopend weerklonk het van tijd tot tijd door den stillen nacht; de Haranen schoven dichter bijeen rondom de wachtvuren; de vrees voor spoken deed hun vroolijk gesprek verstommen.

De twee geliefden lopen elkaar als gekken elk in een ander werelddeel te zoeken en schrijven elkaars naam op alle Hermeszuilen aan de weg voor het geval dat de ander daar ook voorbij mocht komen; of zij zijn vlak bij elkaar zonder er iets van te vermoeden, b.v. in hetzelfde huis door éen enkele muur gescheiden, spreken met elkaar zonder dat ze weten wie ze voor zich hebben, of wel de jongeling vindt een vrouwenlijk en meent dat het zijn geliefde is, hij begraaft het en is diep wanhopend, ofschoon zij het helemaal niet is; allerlei boze mensen trachten ze in het ongeluk te storten.