Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
Ik moet haar volstrekt trouwen, want ik zou krankzinnig worden. Ziedaar de geheele waarheid. Ik geloof niet, dat ik iets vergeten heb. Zij woont in een tuin met een hek, in de straat Plumet. 't Is aan de zijde der Invaliden." Met een glans op het gelaat had vader Gillenormand zich naast Marius gezet. Terwijl hij luisterde en den klank zijner stem hem verrukte, nam hij tevens een lang snuifje.
De priester, die niemand anders was dan Sayemon zelf, sprak zijn zoon aldus aan: "Het spijt mij, dat ik u moet zeggen, dat uw reis vergeefsch is geweest, want niemand van den naam van Kato Sayemon woont in dezen tempel." Sayemon sprak uiterlijk kalm, maar in zijn hart was er strijd tusschen zijn godsdienst en de liefde voor zijn zoon.
Luister en onderbreek mij niet; het kon voor mij gevaarlijk worden, indien men bemerkte dat ik zoolang in geheime samenspraak met u blijf. Onmiddellijk nadat ik uit den burg was gegaan, hield ik mij bezig met het vervullen mijner belofte. Natuurlijk richtte ik mij naar sher Disdirs Steen. Daar woont eene oude meid, die mijn biechtkind is. Van haar vernam ik wat ik u heb gezegd.
De vrouw woont altijd bij haar ouders, behalve in het geval dat haar familie, die te arm is, den man niets heeft kunnen geven. Dan alleen gaat ze bij hem wonen en onderwerpt zich eraan, te zorgen voor zijn huishouding. De getrouwde Mopla is dus enkel in zijn woning den tijd, dien hij voor zijn zaken noodig heeft; hij woont inderdaad bij de ouders van zijn vrouw, voor wier onderhoud hij zorgt.
"Laten we naar huis gaan." "Woont u ver hiervandaan?" "Rue Royale-Saint-Honoré, 10." Colline was bij een vroegere gelegenheid eens in dit huis geweest en herinnerde zich, dat het een prachtig heerenhuis was.
Wel! zij heeft mij verteld, hoe gij bezoeken aflegt bij een jonge juffer, die bij Heynsz woont, en die gij van uw reis hebt medegebracht. "Het is gelijk ik dacht," zeide ik: "nu! de tijd zal mij wel rechtvaardigen, al ben ik daar thans niet toe in staat." "Ja! maar intusschen gaat Lodewijk met haar strijken en dan helpt u uwe rechtvaardiging wat!"
Waar woont gij? Wat? Ik. Waar uw huis is? Ginds wees zij met den uitgestrekten, arm naar een kleine hut, in de verte nauwelijks van den grond te onderscheiden, en meteen op twee vingers fluitend, bracht zij de geiten naar zich toe, en ging ze met haar langen stok den weg huiswaarts opdrijven. Ik. Laat mij met u gaan: vertel mij intusschen iets van uw huis: wie zijn daar te huis?
Ach, ook in ons woont de zucht naar kennis, en aan ons geslacht behoorde men allerminst de wetenschap van sommige dingen te onthouden, daar wij als moeders wel het eerst geroepen zijn, onze kinderen te onderwijzen. Wat zal eene Helleensche moeder, die zelve niets weet, omdat zij nooit iets geleerd heeft, hare dochters leeren?
Ze hebben er niet om willen vragen; en toch.... "O, wat dat betreft dokter," zegt hij met eenige aarzeling: "dat zou wel terechtkomen. We begrepen heel goed dat u met al die drukten van verhuizen en allerlei, zoo iets gemakkelijk vergeten kondt." "Natuurlijk," valt de weduwe in: "vooral ook omdat u hier niet meer in huis woont. Ja zeker, men kan dat begrijpen."
»Wil hij niet hardop praten, hoe is 't?« vroeg Fang. »Heel goed, heel goed. Waar woont hij?« »Waar hij kan, Edelachtbare,« antwoordde de agent, opnieuw voorgevend Oliver's antwoord over te brengen. »Heeft hij ouders?« vroeg Mr. Fang. »Hij zegt, dat ze gestorven zijn, toen hij een kind was, Edelachtbare.« Hiermee sprak hij het antwoord uit, dat gewoonlijk op die vraag werd gegeven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek