Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juni 2025
"Wij waren bang dat gij u verveeld zoudt hebben," zeide Lodewijk Blaek met een schamperen lach, terwijl hij tevens een schuinschen blik op mij wierp: "maar wij wisten niet, dat gij gezelschap hadt."
Geef hèm het geld, zei Crispina. Maar reeds, met beleefd zwierigen groet, trok zich Lavinius terug, opende plots de deur. De Prætoriaan stond buiten.... zijn oor tegen den post, om te luisteren.... verveeld, dat hij alleen onduidelijk had hooren schèlden.... Broêr en zuster waren alleen. Zij zagen elkander vol haat aan. Ik blijf hier, zeide hij. Als de Keizer mij nièt laat ontbieden....
Ik ben lui, ik voer niets uit, ik loop leeg, ik sla geld stuk, en ik weet niet wat ik nog al meer doe; in één woord, ik ben een lammeling, Kom baasje, sla nu niet zoo door. Daar kom je niet verder mee. Ik heb je wat verveeld met financiëele overwegingen, en ik heb je eens over je toekomst gesproken, maar gerust, dat kan geen kwaad. Wat zeg jij, Otto?
Ze zei iets dat 'm op den stoel terugwrong. "...As 'k dood mot gaan, was 'k liever dood gegaan vóór die af was". "Dood gegaan! Dood gegaan!", snauwde hij haar toe: "'n jong ding as jij mot zulke nonsens niet zegge." "Wat hellept smoeze?", zei ze verveeld: "wad-'k weet dat weet 'k 't was zoo gezellig..." Hij hield z'n mond.
Men verwonderde zich zeer, toen men hoorde, dat zij den vorigen middag nog bij de Hovels gedineerd hadden, maar de jonge Hijdrecht beweerde toch ook hij was ook op het diner geweest dat de zusters toen al niet zeer opwekkende conversaties hadden gewisseld en dat hij zich nog nooit zoo naast freule Vere verveeld had, als dien middag: ze had haar mond niet tegen hem opengedaan.
Den 18den January 1774, verliet ik eindelyk den wachtpost van de Hoop, welke den lezer misschien reeds zoodanig verveeld zal hebben, als dezelve my te dier tyd gedaan had. Van daar zakte ik de Rivier af naar de Plantagie Arentslust; en des anderen daags hield ik op de Plantagie Katwyk, die zeer fraay is, het middagmaal.
Ten laatste, op een morgen, Frank was nog niet opgestaan verscheen Bertie voor zijn bed, met een glimlach van verontschuldiging: Frank moest het hem toch niet kwalijk nemen; hij was toch niet ongerust geweest? Zie je, dat leven van altijd zoo netjes te zijn, had hem op eens verveeld.
"Ja, wij hebben den geheelen tijd, ik van mijn en de gravin van haar zoon gesproken," en een lachje, dat hem gold, verhelderde haar gelaat. "Dat zal u zeker wel verveeld hebben," antwoordde hij, den bal der coquetterie, dien zij hem toegeworpen had, opvangend. Zij wilde het gesprek klaarblijkelijk niet op dien toon vervolgen en wendde zich weer tot de oude gravin: "Ik ben u wel verplicht!
Nu eens ging er een gedeelte verveeld en knorrig van het plein af, maar keerde, even spoedig als het vertrokken was, uit nieuwsgierigheid weer terug: en schier elk bevond zich in dien toestand, waarvan meer dan een onzer lezers wellicht meermalen de onaangenaamheid zal ondervonden hebben; dien toestand, waarin men verkeert, wanneer men, 't zij het begin van een lang beloofd vuurwerk, 't zij de ontknooping van een langdradig tooneelstuk, 't zij het toegezegd bezoek van een ouden vriend, die wegblijft, 't zij de aankomst eener diligence, die een ongeluk gehad heeft, wachtende, even onwillig is, langer te verbeiden, als te vertrekken.
Het hout schijnt hier ook wel te willen groeijen. Men ziet 'er frissche boomen van allerlei soort, in plaats van die eentoonige olijfboomen, waarvan het droevige gezigt mij reeds zoo lang heeft verveeld waarlijk men had ook wel een vrolijker zinnebeeld voor dien lieven vrede, waarvan wij het gemis reeds zoo lange betreuren, kunnen uitdenken, dan de olijftak, dunkt mij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek