Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
'k Zag meisjes levend begraven! En de beul danste op de lijken! De bloedsteen, die sedert negen maanden zweette, is dezen nacht gebarsten. Erbarming, zuchtte Soetkin, erbarming, Heere God: wat duister voorteeken voor Vlaanderenland! Ziet gij dat met uwe oogen of in droom? vroeg Klaas. Met mijne eigen oogen, sprak Katelijne.
De baljuw vroeg hem wat kwaad Uilenspiegel en Soetkin hem hadden gedaan om, na den eenen zijn vader en de andere heuren man te hebben ontnomen, hen nu nog zoo wreedelijk te vervolgen. De vischverkooper antwoordde dat hij, als hoogpoorter van Damme, de wetten van den lande wilde doen eerbiedigen om 's keizers goedertierenheid te verwerven.
Nele en hij, wisten dat zij doen zou wat zij zeide; zij deden hun best om Soetkin te bewegen naar Walcheren te trekken, alwaar zij magen had. Soetkin wilde niet, zeggende dat zij zich niet verwijderen wilde van den bodem, die weldra heur gebeente zou ontvangen.
Niemand, sprak Nele, ga niet beneden, Uilenspiegel! Maar hij luisterde niet, liep naar de deur, trok stoelen, tafels en komfoor uit den weg. Katelijne schreeuwde nog altijd beneden. Nele en Soetkin hielden Uilenspiegel vast, om zijn lijf, bij zijne beenen, en spraken: Ga niet beneden, Uilenspiegel, 't zijn duivelen. Ja, sprak hij, duivelsche man van Nele, ik breng u het stookijzer tot gade.
De drank verhitte hunne hersenen en, wijl zij over kerken en gebeden spraken, uitte Uilenspiegel de meening, dat zielmissen enkel voordeel brengen aan de priesters. Maar er was een judas onder 't gezelschap: hij ging Uilenspiegel als ketter verklikken. En ondanks de tranen van Soetkin en het smeeken van Klaas, werd Uilenspiegel gepakt en gevangengezet.
Vervolgens tot den Geest van Klaas sprekend, zegde zij: "Man, zoo gij iets begeert in den hemel alwaar God U opgenomen heeft, moet gij het zeggen, opdat wij uwen wil kunnen volbrengen." Eensklaps sloeg de wind met geweld de deur open en de kamer werd met stof vervuld, en Uilenspiegel en Soetkin hoorden in de verte een akelig ravengekras. Zij kwamen samen buiten en gingen naar den brandstapel.
Op heur voorhoofd, heure kaken, in heuren hals zag zij bloedende schrammen, gelijk krabben van nagels. Nele, vroeg Soetkin heur kussend, van waar komen die, schrammen? Steeds bevend en zuchtend, sprak het meisje: Doe ons niet verbranden, Soetkin. Doch Uilenspiegel werd wakker en wreef zich de oogen, verblind als hij was door de klaarte der keers. Soetkin vroeg: Wie is beneden?
Als deze weg was, beproefde hij te schilderen, maar overal streek hij scharlakenrood. Hij probeerde ook 't portret te maken van Klaas, Soetkin, Katelijne en Nele, alsmede van pinten en stoopen. En Klaas hem aan 't werk ziende, voorzeide, dat hij, zoo hij neerstig wou zijn, florijnen bij tientallen zou kunnen verdienen met opschriften te schilderen op de speelwagens in Vlaanderen en Zeeland.
En te Damme bond Klaas zijne mutsaards en verkocht zijne kolen; en menigwerf werd hij droefgeestig als hij dacht aan Uilenspiegel, den banneling, die nog in langen tijd niet zou mogen terugkeeren naar de ouderlijke stulp. Soetkin zat heele dagen aan het venster te kijken of zij heuren zoon niet zag aankomen. Deze was nu bij Keulen en kreeg lust in 't hovenieren.
De meester-koolbrander sprak: Ik herken u; gij zijt de zoon van het slachtoffer. Doe alsof gij thuis waart in deze halle. Uilenspiegel ging in de keuken, vervolgens in de kamer van Klaas en van Soetkin en weende. Toen hij terug beneden was, zeide de meester-koolbrander tot hem: Hier is brood, kaas en bier. Eet als gij honger, drink als gij dorst hebt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek