Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
Met bevende handen ontstak Nelly de lamp; haar helder licht bescheen Army's bleeke trekken; hij stond nog op dezelfde plaats en staarde somber voor zich uit. "Army, mijn lieve Army!" fluisterde zijne zuster, en sloeg snikkend hare armen om hem heen. Hij streek haar gedachtenloos over het haar. "Daar is grootmama!" riep zij toen en liep de oude dame tegemoet.
"Ga!" zeide baron Frits plotseling, "nu wil ik het niet meer weten; er is een schurkenstreek uitgevoerd, een duivelachtigen schurkenstreek." Hij wees naar buiten, en het meisje ging snikkend heen in den donkeren nacht; ik trad voor de deur, om haar na te zien, ik kon nog even hare gestalte op den weg onderscheiden; toen verdween zij in de duisternis.
"O joa ik, mevreiwe, joa ik; en 'k zal alle doagen onze lieven Hiere bidden omdat Hij ou toch genezen zoe," zuchtte Rozeke met hikken in de stem. De zieke dankte met een langen, stillen blik van liefde en als een doode vracht zag Rozeke haar in het wagentje naar boven dragen, terwijl zij zelve snikkend heenging.... Dit was de laatste maal dat zij haar buiten zag.
Eindelijk voor het eerst Nantas intiem aansprekende, vond zij het woord, het eenige dat hem kon doen besluiten het leven niet te verlaten. Zij wierp zich aan zijn hals en riep snikkend: "Ik heb je lief!" Zij ontwrong aan haar hoogmoed deze bekentenis, die Nantas deed opspringen van vreugde: "Ik heb je lief, omdat je sterk bent!" Ik heet Louis Roubieu.
Frédérique zat roerloos en trotsch... haar had men niet noodig, zij had nooit verdriet gehad, zij begreep dat niet; zoo dachten zij zeker... Tina kwam van boven, ongeduldig dat oma zoolang wachtte met te gaan koffiedrinken, en Mathilde wilde haar wegzenden, maar mevrouw sprak snikkend: Laat haar blijven, Tilly.... En roep de anderen.... Ze willen eten.... Ik.... ik kan niet, ik kan niet eten....
Intusschen had Cécile Elsje driftig bij den arm genomen en meegetrokken naar het kleedkamertje. Elsje volgde gedwee en hard snikkend. "Je hebt alles, alles bedorven!" knorde Cécile. "Wij hadden je nooit mee moeten laten spelen! En wat moeten wij nu beginnen?" vervolgde ze, zich tot de anderen wendend, "met die erbarmelijk snikkende Lizzie kunnen wij niets uitvoeren."
Trom volgde haar. "Ach, Jan," zeide ze snikkend, "wat heeft hij toch een braaf hart!" "Ja Griet, 't is een bijzonder kind, dat is-ie, en dat heb ik altoos wel gezegd, dat heb ik." Dienzelfden middag nog trok Dik zijne beste kleeren aan, om zich naar de stad te begeven. "Ach Dik, m'n kind," zuchtte zijne moeder, "moet het nu al zoo gauw gebeuren? 't Scheiden valt me zoo zwaar."
Terwijl hij toen schuw rondkeek in zijn zwijgende kamer, naar al de gewone stille dingen, kwam er eerst een snikkend smeeken van gedweeën boeteling in hem. De greep van de raadselende werkelijkheid liet af. Hij begon te begrijpen. Hij voelde den blik van al die hoogzwijgende dingen, die hem gekend hadden in zijn hoogmoed en hem nu weer-zagen in zijn vernedering.
»Toe, spreek zoo niet,« zei Rose snikkend. »Uw ooren zullen het nooit vernemen, juffrouw, en God verhoede dat u het hooren zoudt!« hernam het meisje. »Goeiennacht! Goeiennacht!« De heer keerde zich om. »Deze beurs,« zei de jonge dame. »Neem die aan om mijnentwil, zoodat u in een uur van nood eenige hulp zult hebben.« »Neen! Ik heb dit niet voor geld gedaan. Laat mij die gedachte behouden.
Geleund tegen een der schietgaten in den muur, staarde zij naar de tegenovergelegen Felsenburg waar de welgemoede minnaar, aan wien ze zich voor eeuwig verbonden had, vertoefde. "Geliefde!" klonk het snikkend in den nacht. Aan den hemel waren geen sterren: een ruwe herfststorm begeleidde den hartestorm van de jonkvrouw en blies plotseling met een hevigen rukwind om de vesting.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek