Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juli 2025
Aldus, zei Uilenspiegel, sprak de schoone duivelin tot den doorluchtigen, heiligen Antonius. Twintig stappen verder lag eene afspanning langs den weg. Gij hebt goed gesproken, vervolgde Uilenspiegel, nu moet gij goed drinken. Ik heb nog geen dorst, zei de vrouw. Zij gingen de afspanning binnen. Op eene schapraai, nevens den schoorsteen, stond eene buikflesch.
Mijn vriend, antwoordde Lamme, gij weet dat wij gisterenavond gegastreerd hebben met vleesch, met bier en met wijn, en dat ik met moeite kon blazen, toen ik de trap opklom om te slapen. Om mij te lichten hield ik, als een groot heer, eene waskeers in mijne hand, en om te slapen had ik den kandeleer op eene schapraai gezet; de deur was tegenaan en de schapraai stond dicht bij de deur.
En ik krijg zoo luttel eten, dat ik somwijlen scheel zie van honger. Ik had nu juist een klein broksken spek gestolen, en voor zoo'n bagatel wierd ik de deur uitgesmeten en kreeg dan nog pardoef, terwijl de muizen in de schapraai mij vierkant uitlachten. Zoudt gij er niet van doodvallen?" "Doodvallen", zei de ezel, "toe dan. Ga met ons mede.
Hier is, sprak Klaas, de schapraai openend, hier is eene teil vol boonen, hier zijn eieren, pensen, hesp, Gentsche worst, en nog hier is waterzooi. Beneden in den kelder ligt Leuvensche wijn te rusten, die bereid is naar de wijze van Bourgondië, als robijn zoo rood en zoo klaar. Hij vraagt maar om gedronken te worden. Nu, wij gaan wat hout op het vuur doen.
«Wij ook zijn ongelukkig,» vervolgde zij op de kranke wijzend, «maar eigen leed heeft bij ons de liefde niet uitgedoofd, die wij onzen evenmensch verschuldigd zijn.» «Er is nog brood in de schapraai,» sprak de zieke moeder, «Livina, zet het Katelijne voor en warm heur wat melk. »
Het water vervriest in de kruiken in de schapraai; de kiekens zijn hard als hout; de worsten gansch berijmd; de boter is als steen, de olie geklonterd, het zout droog als zand in de zonne. Vorst is op handen, zeide Uilenspiegel. Zij zullen, in grooten getale, ons komen beschieten met donderbussen.
Vervolgens bracht men ook het bedde beneden, in hetwelk Soetkin heuren zoon had ontvangen. En vervolgens de schapraai, en de ketels, pateelen en potten, die niet meer blonken lijk weleer, maar nu vuil van het stof waren.
Het noenlicht doezelde violet-achtig op de ruiten, bracht in huis eene aarzelende klaarte, waarbinnen de meubels schenen te roeren van een lui en zonderling leven. Eene mahoniehouten schapraai stond tegen den blauw-rooden muur en hare donkere lenden droegen een traag-asemend mysterie, dat daar peinsde, vol verleden, en zonder verlangen de uren mat.
Ik denk er aan, dat er geen oortje meer steekt in de tassche, die daar aan den muur hangt. Klaas nam de tassche van den wand; maar hij had goed schudden, er rinkelde geen geld in. Hij was er onthutst over; doch hij wilde zijne vrouw moed inspreken, en zei: Waarover bekommert gij U? Hebben wij in de schapraai den koek niet liggen, dien Katelijne ons gisteren gaf?
Wat dat beteekende wisten niet alleen mijne kornuiten niet; ook de groote menschen begrepen het niet meer. Maar ik wist van mijn vader, die oude boeken kende, dat schapraai oudtijds een kastje, een buffetje zouden wij nu zeggen, beteekende en ik was trotsch op deze kennis. Het was mijn eerste woord Oud-Hollandsch, en het heeft misschien invloed uitgeoefend op mijne zucht om er meer van te kennen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek