Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 4 juli 2025


Hoe deerlijk zijt gij ook nu, boomen al, bedegen ; hoe schamel, die weleer des aardrijks, allerwegen, de schoonste waart! Daar valt er nog een blad; het wentelt, onder 't vallen, den alderlaatsten keer, en 't gaat de duizendtallen vervoegen thans: zoo zullen ze, een voor een, daarin de winden bliezen vol luider blijdzaamheid, nu tonge en taal verliezen, en zwijgen gansch.

Hier, zooals ik u reeds zei, worstelen de heilige met den zondaar ... de arme hartstocht-gezweepte mensch, die zoo gaarne heilig en onbevlekt zou willen zijn en het niet kan!.... Slechts met een schamel onderkleed aan, treedt zij nu ten klooster uit, en vindt haar lief in den boomgaard; hij geeft haar de medegebrachte kleederen en sieraden, zij verkleedt zich, dan rijden zij heen.

De scogliari of eilandbewoners gaan dikwijls ver weg, tot in het uiterste Oosten, om hunne fortuin te beproeven; en de arme eilander, die met groote moeite en zware inspanning, door het kweeken van olijven of druiven, een schamel stuk brood verdient, wijst den vreemdeling met trotsche bewondering op de enkele gelukkigen, die als signori van hunne verre reizen zijn teruggekeerd.

Maar als het schip hem niets had gebracht, dan had hij alles zelf moeten maken: "zijn hoed, zijn kleeren, zijn voetbekleeding, zijn brood, zijn vleesch door middel van zijn pijl en boog, zijn huis met behulp van zijn bijl, zijn bijl met behulp van zijn hamer, zijn hamer.... ja, hoe hij zijn hamer had moeten maken, mag de hemel weten" en hij zou een wilde geworden zijn, al zijn beschaving ten spijt; omdat het hem met inspanning van al zijne krachten ternauwernood mogelijk zou zijn geweest om zichzelf een schamel bestaan te verzekeren.

Dit in aanmerking nemende alsmede dat eene krachtige maag een zegen heeten mag, zelfs al kan men haar in den regel niet vullen met wildbraad of pastei, en dat welgeschapen leden ook onder een schamel jasje eenen jongen man niet misstaan meende Justus dat voor eenen spruit van eenen plattelands-brievengaarder het ouderlijke erfdeel heel wat kariger had kunnen uitvallen.

Ik weet niet, hoe zij 't aanleggen, maar bij al haar armoe, vinden zij nog gelegenheid om haar misdeelde buren bij te staan. Vóór eenigen tijd werd het hart van Katya op een merkwaardige proef gesteld. Zij ontmoette op straat een bejaarde dame, die zij meende te herkennen, maar die schamel gekleed was, met een versleten sjaal en een ouden hoed.

De bijen van den klomp, die het dichtste bij de raten zijn, breken de volle cellen open en de honing wordt aangenomen en doorgegeven tot iedere bij haar schamel deel heeft ontvangen. Zuinigheid behoort nu tot de schoone kunsten.

Nu lazen ongetwijfeld de paterkens in bruine pijen hun avondgebed onder het schamel knetterlicht der kaarsen. Vreemd en eenzelvig stond kerkgevel en kloostermuur in het donker, 't Was Maandag, en in De Hoop begon het orgel te draaien. Voor de open deur probeerden aankomelingen te dansen.

Men was in Louwe, de wreede maand, die het kalf in den buik van de koe doet vervriezen. Het had gesneeuwd en daarboven gevrozen. De knapen vingen, met vogelteer, de musschen, die op de harde sneeuw een schamel stuksken brood kwamen zoeken, en brachten dat wild naar de hutten hunner ouders.

Even schoklachte hij in zijn baard. Zoo peinzend, was hij geraakt op een groot plein, waar lange platte natiewagens, dicht nevens elkander gerijd, den langen dissel ten hooge, in de vuile nattigheid van den slijkbodem, te wachten stonden op 't werk van den volgenden dag ... Geerten stak het plein dwars over, ging dan de hooge koetspoort, zwart gapend in vuil okergelen trapgevel, binnen, poosde even voor een deur, waaruit een lichtstreep op den nattig-glinsterenden gangmuur viel, in beraad staande of hij nog een snapske pakken zou, stapte dan toch maar verder, te hongerig om langer te talmen ... Op de voorschoot-smalle binnenplaats, waar vele huizekens, smoezerig-zwart gesmookt, kouwelijk bijeenhurkt en arme, brokkelige, als oude wijvekens voor-overhangende trapgevelkens, schamel verlicht door een flakkerend olielampeken vóor een Ons-lievevrouwenbeeldje, stonden stootwagens, in elkander geschoven, de berries als hulpeloos biddende armen omhoog ... Geerten sakkerde toen hij op 't nauw-verlichte venstertje van zijn krot toe ging, want hij zag dat het grauwe waschgoed nog nat hing te flapperen, lijk dezen middag, aan den langen staak die het heele nauwe binnensteegje overspande.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek