Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 september 2025
En hij schiep de kat. De kat is het erratum der muis. De muis met de kat te zamen is de herziene en verbeterde proef der schepping." Combeferre, omringd door studenten en werklieden, sprak van de gesneuvelden, van Jean Prouvaire, van Bahorel, van Mabeuf en zelfs van Cabuc, alsmede van Enjolras' strenge droefheid.
Het zijn gesprekken met plotselinge wendingen, waarbij eensklaps het verschiet verandert. Het toeval is de machinist dier gesprekken. Een ernstige gedachte, op grillige wijze uit het gegons van een gesprek geboren, schoot eensklaps door den woordenstroom, waarin Grantaire, Bahorel, Prouvaire, Bossuet, Combeferre en Courfeyrac verward dooreen schermden.
Gij, Courfeyrac, spreek met de polytechnici. 't Is vandaag hun uitgaansdag; Woensdag. Gij, Feuilly, zult die der Glacière spreken, niet waar? Combeferre heeft mij beloofd naar Picpus te zullen gaan. Daar is een heerlijk gekrioel. Bahorel zal de Estrapade bezoeken. De metselaars verflauwen, Prouvaire; ge moet ons tijding brengen uit de loge van de straat Grenelle-Saint-Honoré.
Ondertusschen meende de kleine Gavroche, de eenige die zijn post niet had verlaten en op verkenning gebleven was, mannen zachtkens de barricade te zien naderen. Eensklaps riep hij: "Weest op uw hoede!" Courfeyrac, Enjolras, Jean Prouvaire, Combeferre, Joly, Bahorel, Bossuet allen verlieten haastig de herberg. Er was schier geen tijd meer.
Hij zag Mabeuf weder vallen, hij hoorde Gavroche te midden van het schrootvuur zingen, hij voelde het kille voorhoofd van Eponine op zijn lippen; al zijn vrienden Enjolras, Courfeyrac, Jean Prouvaire, Combeferre, Bossuet, Grantaire rezen voor zijn oogen op en verdwenen weder. Waren al deze geliefde, smartelijke, dappere, vroolijke of treurige wezens droomen? Hadden zij werkelijk bestaan?
Wat van de drie arme wezens geworden was, die Corinthe bewoonden, wist men niet. Eindelijk vond men ze in den kelder verborgen als advocaten, zei Bossuet. En hij voegde er bij: "Foei! vrouwen!" De vreugd over de bevrijding der barricade werd op smartelijke wijze gestoord. Men hield appèl. Een der opstandelingen ontbrak. En wie? een der meest geliefden, een der dappersten, Jean Prouvaire.
Men zocht hem onder de gekwetsten; hij was er niet; men zocht hem onder de dooden; hij was er niet. Hij was stellig gevangengenomen. Combeferre zeide tot Enjolras: "Zij hebben onzen vriend; wij hebben hun spion. Hecht ge aan den dood van den verklikker?" "Ja," antwoordde Enjolras, "maar minder dan aan het leven van Jean Prouvaire." Dit gebeurde in de benedenkamer bij den paal van Javert.
En door eene wending der gedachten, vergeleek Combeferre een minuut later, naar aanleiding der verzen van Jean Prouvaire, onderling de vertalers der Georgiques, Raux met Cournand, Cournand met Delille, wees op eenige passages door Malfilâtre vertaald, bijzonder op de wonderen bij Cesars dood; en door het woord Cesar kwam het gesprek op Brutus. "Cesar," zei Combeferre, "viel met recht.
"'t Is waarlijk kluchtig!" fluisterde Courfeyrac Jean Prouvaire toe. "Neen," antwoordde Jean Prouvaire, "'t is ernstig!" 't Was inderdaad ernstig. Marius was in dit eerste machtige, bekoorlijke uur gekomen, waarin de groote hartstochten beginnen. Een blik had dat alles bewerkt. Wanneer de mijn geladen, de brand smeulende is, geschiedt dit zeer eenvoudig. Een blik is een vonk. 't Was geschied.
Combeferre het geweer van een nationale garde, waarop het nommer van het legioen, en in zijn gordel twee pistolen, welke men onder zijn open jas kon zien, Jean Prouvaire een oud cavaleriemusket, Bahorel een karabijn; Courfeyrac zwaaide een blooten stokdegen. Feuilly ging vooraan met een sabel in de hand, en riep: "Leve Polen!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek