Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juli 2025
"Welaan," hernam Combeferre, "ik zal mijn zakdoek aan mijn stok binden en als parlementair hun de uitwisseling van beide mannen voorstellen." "Luister!" zei Enjolras, zijn hand op den arm van Combeferre leggende. Aan het einde der straat klonk een onheilspellend wapengekletter. Men hoorde een mannelijke stem roepen: "Leve Frankrijk! leve de toekomst!" Men herkende de stem van Prouvaire.
Maar hij voor zich vond de barricade rijp, en, wijl 't geen rijp is vallen moet, beproefde hij haar aan te vallen. Hij had het bevel over mannen, die even onverschrokken waren als hij, "razenden," zooals een getuige zeide. Zijn compagnie, dezelfde die den dichter Jean Prouvaire had gedood, was de eerste van het bataljon, dat aan den hoek der straat stond.
Zwijgend drukten Jean Prouvaire en Combeferre elkander de hand en dicht bij elkander in den hoek der barricade staande, aanschouwden zij met bewondering, waaraan zich medelijden paarde, den ernstigen jongeling, die beul en priester, en even als het kristal, licht maar tevens rots was.
Zie hier hoe de voornaamsten onder hen heetten: Enjolras, Combeferre, Jean Prouvaire, Feuilly, Courfeyrac, Bahorel, Lesgle of Laigle, Joly en Grantaire. Deze jongelieden vormden door hun onderlinge vriendschap een soort van gezin. Allen, uitgezonderd Laigle, waren uit het zuiden. Deze groep was merkwaardig. Zij is verdwenen in de onzichtbare diepten, die achter ons liggen.
't Is waar: hij verloochende zijn kinderen, maar hij nam het volk toch aan." Geen der jongelieden sprak ooit het woord: "keizer" uit. Alleen Jean Prouvaire zeide soms Napoleon; de anderen zeiden Bonaparte. Enjolras zeide Buonaparte. Marius was wel eenigszins verbaasd. Initium Sapientiæ het begin der wijsheid.
Hij wendde het hoofd om en zag in de straat St. Denis, aan het einde der straat Chanvrerie, Enjolras met een karabijn, Gavroche met zijn pistool, Feuilly met zijn sabel, Courfeyrac met zijn degen, Jean Prouvaire met zijn musket, Combeferre met zijn geweer, Bahorel met zijn snaphaan voorbijgaan, benevens de geheele gewapende onstuimige hoop die hen volgde.
In zijn gedachte schiep hij door de wijsgeerige welsprekendheid van Combeferre, de cosmopolitische geestdrift van Feuilly, de wegsleependheid van Courfeyrac, de vroolijkheid van Bahorel, de droefgeestigheid van Jean Prouvaire, de wetenschap van Joly, de spotternijen van Bossuet, een soort van electrisch geknetter, dat alom een weinig vuur vatte. Allen waren aan 't werk.
Jean Prouvaire was verliefd, kweekte bloemen, speelde op de fluit, maakte verzen, had het volk lief, beklaagde de vrouw, beweende het kind, vermengde in hetzelfde vertrouwen God en de toekomst, en laakte de revolutie omdat zij een koninklijk hoofd, dat van André Chénier, had doen vallen. Zijn stem was gewoonlijk zacht, doch kon plotseling mannelijk worden.
De ijver ging vaak tot verdelging over. Menig peloton van nationale garden vormde zich eigenmachtig tot krijgsraad, vonniste, en voerde binnen vijf minuten het vonnis over een gevangen opstandeling uit. Zulk een geïmproviseerde rechtbank had Jean Prouvaire gedood.
Het uur, de plaats, deze herinneringen der jeugd, eenige sterren die aan den hemel begonnen te fonkelen, de doodsche stilte op de eenzame straten, de nabijheid van het onvermijdelijke avontuur, dat zich voorbereidde, dit alles gaf een opwekkende bekoorlijkheid aan deze halfluid in de avondschemering gefluisterde verzen door Jean Prouvaire, die, zooals gezegd is, een teeder dichter was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek