United States or Denmark ? Vote for the TOP Country of the Week !


Twee-, driemaal staat hier Proteus' naam; o wind! Wees kalm en blaas geen enkel woordje weg, Totdat ik ieder enkel woord gespeld heb, Mijn naam slechts niet; dien draag een wervelwind Naar een afgrijslijk steile, ruwe klip, En stort' hem in de gramme baren neer! 122 In éénen regel, zie, zijn naam tweemaal; "De mijm'raar Proteus, diep onzaal'ge Proteus, Aan de engel Julia"; dit scheur ik er af; Doch neen, dat niet, daar hij mijn naam zoo aardig Met zijne weeklachtnamen heeft gepaard; Ik wil ze vouwen, de' eenen op den and'ren; Kust nu, omarmt u, kijft, doet wat gij wilt.

Vriendschap en liefde worden bij hen veel levendiger uitgedrukt dan bij ons. Iedereen kust en omarmt voor en na iedere scheiding. Zelfs mannen en grijsaards kussen elkander rechts en links naar voorgeschrevene regels. Ook worden zij licht tot tranen toe geroerd.

Eensklaps kwam een windvlaag, die recht ondeugend en moedwillig om het meisje heen dwarlde, haar als een boschgod pakte, die eene nimf omarmt, en haar kleed, dit kleed heiliger dan dat van Isis, bijna tot aan den kouseband oplichtte. Een fraai gevormd been kwam te voorschijn. Marius zag het. Hij was woedend van toorn.

THURIO. Mijn Silvia daar! de mijne! VALENTIJN. Thurio, terug, of gij omarmt den dood. Blijf buiten het bereik van mijnen toorn. Noem Silvia de uwe niet, want, zoo gij 't waagt, Geheel Milaan beschermt u niet. Hier staat zij; Nu, waag het, roer haar met een vinger aan, Mijn liefste met een enk'len ademtocht! THURIO. Heer Valentijn, zij is mij onverschillig.

Aan de voeten van den keizer lagen de man met den blonden baard en de jonge vrouw en smeekten snikkend om vergeving. "Emma, Eginhard!" roept Karel met trillende stem en omarmt hen weenend. "Gezegend zij de plaats, waar ik u weergevonden heb!" Boven de eenzame hut zweeft de engel des vredes. Emma en Eginhard keeren met veel praal aan het hof van den keizer terug.

Zoo spreekt ze, en kust zijn hand. Hy strookt haar natte wangen En voorhoofd, nog van schrik zoo wel als vreugd bevangen, Omarmt haar, en geleidt ze in 't binnenst van zijn tent. Ja, gy weet wat ooit mijn boezem griefde, Sints 't eerst bewustzijn ons in 's levens morgenstond Door wederzijdsch gevoel voor de eeuwigheid verbond.

Schonk natuur u steile muren, Duinen van onvruchtbaar zand; Neen, o neen! maar kunst van dijken, Die u van rondom beschermt, Woekerde uw zoo vruchtbre slijken Uit de Scheld, die u omarmt. O, Zuid-Bevelandsche beemden, Vruchtbaar zonder wederga, Dat u 't starend oog der vreemden Diep getroffen gadesla.

Doch, wanneer gij de groene slang omarmt, zal uw gloed haar lichaam verzengen en een nieuw wezen snel opwassend zich van u loswinden.” De Salamander achtte de waarschuwing van den vorst der geesten niet; van brandend verlangen vervuld sloot hij de Groene Slang in de armen, zij verteerde tot asch en een gevleugeld wezen aan de asch ontstegen ruischte heen door de lucht.

Jan omarmt den schoorsteenveger met groote innigheid.

Hij is vrij, omarmt zijn weergevonden zuster, en laat zijn dankbaarheid in hartstochtelijke woorden klinken; die zijn een doorbreken van het motief waarmede Pylades, aan het begin van het tweede bedrijf, zijn veelbelovende jeugd herdacht. Daar heette het o.a.: "Ben ik niet steeds vol levensmoed en lust? En lust en liefde zijn de sterke vleuglen Tot groote daden".