Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
Zachtkens zet zij aan mijn zijde Op den leêgen stoel zich neêr; En zij drukt mijn koude vingers Met een handdruk, naamloos teêr. En zij zit mij aan te blikken Met dat diep en vriendlijk oog, Kalm en heilig als de sterren Aan den blauwen hemelboog. 't Is mij als versta ik alles Wat zij mij te zeggen heeft, Tot ze, na een teêr vermanen, Spraakloos mij heur zegen geeft.
Meer dan ik hen zag in stormgeweld en regengestriem, voelde ik hen, de havelooze schavuiten en schurken, zoo als er zich naamloos en wetloos verbergen in het gebergte, de haren en baarden en nagels nimmer geknipt, nauwlijks bedekt met lompen en schurftige schapenhuid, wilde-mannen meer dan menschelijke wezens, voor wie zelfs de saters der wouden vreezen en de verdwaalde nymfen zich verschuilen in de spleten der doorbliksemde boomstammen.
'k Zag teekens, vreemd en vreeslijk, onheilzwaar, Ontstellen mijn verdwalende gedachten In 't naamloos oord waar 'k mij in droom bevond, 'k Zag vrouwen zwermen met ontbonden haar, Stil weenend of in jammerluide klachten, Die als een brand droegen hun droefnis rond.
Vaarwel, trotsch Rome; u laat, tot hij hier keert, Thans Lucius panden, dierb'rer dan zijn leven! Vaar gij, Lavinia, eed'le zuster, wel; O waart gij als gij vroeger zijt geweest! Doch thans leeft Lucius, leeft Lavinia niet, Dan in vergetelheid en naamloos wee.
Iemand die ten volle bekend is met de intentiën der waardige erflaatster en die den Jonker van ganscher harte hare fortuin gunt. "O wee!" riep de goedhartige Willem, het naamloos geschrift ineenfrommelend, "het begint er, vrees ik, slecht uit te zien voor Leopold.
O die arme, eenzame, oude vreemde man, die daar boven in den kavaliersvleugel zit, zonder volk, zonder vaderland, hij die nooit zijn moedertaal hoort, hij die eens een naamloos graf zal vinden op 't kerkhof van Svartsjö. Kan hij er wat aan doen, dat hij een arend is en geboren is om te vervolgen en te dooden? O neef Christoffel! lang genoeg hebt ge zitten droomen in den kavaliersvleugel.
De Abydeensche Verloofde. Evenals een beekje, dat, van den top der Alpen ontweld, lange tallooze omwegen voortgevloeid, verscheidene kronkelingen en bochten beschrijvende, een geruimen tijd naamloos en als onbewust waarheen, over rotsen en klippen, door velden en akkers dwaalt, en den wandelaar, die zijn boorden volgen wil, in de onzekerheid laat, waarheen zijn reis zal geleiden, totdat het eindelijk, door den toevloed van andere beken en den aanvoer des bergwaters gezwollen, zijn oevers verbreeden ziet, en over een dieper bedding onder een bepaalden naam zijn weg vervolgt, zoo ook is ons verhaal, dat tot nu toe niet de lotgevallen van een bijzonderen hoofdpersoon, maar de wederwaardigheden van verschillende personages heeft geschetst, eindelijk zooverre gevorderd, dat het zich niet meer ter rechter- of ter linkerzijde behoeft af te wenden, maar onafgebroken met de daden van den wezenlijken held der geschiedenis de aandacht des lezers kan bezighouden.
Bij 's Keizers dood duldde de man zelfs niet, dat op de kist alleen de naam Napoleon werd geplaatst; dus bleef die kist naamloos. In al die jaren heeft de Keizer Lowe vijfmaal ontmoet en hem dan telkens, in woede ontstoken, overladen met grofheden, waarop de ander zoo wijs was niet te antwoorden.
Zij vreesde, dat haar vader en moeder het niet zouden goedkeuren en zij wilde maar liever eerst haar eigen gang gaan, en daarna vergeving vragen. Het was heel gemakkelijk haar geheim te bewaren, want haar verhalen verschenen naamloos; de uitgever had natuurlijk spoedig uitgevonden, wie zij was, maar beloofde te zwijgen; en o wonder, hij hield zijn woord.
En zichtbaar greep het Ellen aan Met zielsontroerenis; En dieper, dieper boog ze neêr, En schreide, en smeekte naamloos teêr: »Zeg wie mijn vader is." Dat brak het hart der Rijksprinces: Zy snikte op schellen toon: »Weet!..." maar toen duizelig en dof: »Aan Hollands machtig Gravenhof »Daar draagt hy-zelf de kroon!..."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek