United States or Israel ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar ook vandaar dien afkeer tegen de Friezen bij de Frankisch gezinde Hollandsche Kronykschrijvers, die eenen MELIS STOKE b. v. in zijn klooster te Egmond bezielde; vandaar die eigenaardige ontwikkeling des Frieschen regts, des Frieschen volks in de volgende tijden, tegenover de overige gedeelten onzes vaderlands."

MELIS STOKE maakt zich ongerust over de wraakzucht van het publiek; bij de beschrijving van een gevecht acht hij het veiliger dappere strijders en lafaards niet bij name te noemen; hij kent zijne tijdgenooten als hardhandig en geen vrienden van halve maatregelen . In het verhaal van den borchgrave van Couchi wordt een page die een verboden lied zingt, opgehangen aan een boom .

Gij Roelof Sla-der-op, Peter Keinkenate en Hans Knipper, aan het achterhek! niemand uit of in te laten! Gij, Joost Steek-maar-toe, Karl Blutzaufer en Melis Pif-paf, aan de slotpoort! Niemand er uit! Niemand er in! Frans Smijter en Meeuwis Kriegelkop volgen mij naar binnen."

Van Vlaanderen is sprake in een rijmkroniek, die ongeveer ter zelfder tijd als de Flandrijs werd vervaardigd en hier slechts om dat nationale element even vermeld kan worden . Gewichtiger is MELIS STOKE'S Rijmkroniek van Holland, aangevangen waarschijnlijk in het laatste twintigtal jaren der 13de eeuw, voortgezet en voltooid in het jaar 1305.

Stond MELIS STOKE nog vijandig tegenover de Vlamingen deze Hollander vond zijne voorname leermeesters in den Vlaming MAERLANT en den Brabander BOENDALE. In HILDEGAERSBERCH'S werk zien wij voor het eerst dien ontwikkelenden invloed, door het Zuiden op het Noorden geoefend, waarvan wij ook in het vervolg van dit werk meermalen zullen gewagen.

Die aandoening zou zich ongetwijfeld duidelijker openbaren, indien wij het oude lied in zijn oorspronkelijken vorm bezaten; het moet heel wat geleden hebben in het drietal eeuwen, waarin het van mond tot mond ging, vóórdat wij het in 1591 achter de Rijm-Kroniek van Melis Stoke aantreffen.

"Ter hulp, Vazallen van het Bisdom!" riep hij: "ziet daar, zooals ik zeide, een zendeling van den Hollander, een flikflooier van Graaf Willem, wiens vangst meer genoegen aan de Kapittel zal doen dan de inneming van een kasteel." "Indien het zoo is," zeide Melis, met de andere boeren toetredende, "dan ware het zeker wel de moeite waardig?...."

Toen tante echter bemerkte, dat onze belager verzuimde hare beleefdheid te beantwoorden, door zich aan haar en mij voor te stellen, werd zij toornig. »Melis«, zeide zij, »laat ons voortgaan. Ik houd er niet van, op straat lastig gevallen te worden door... mannen«. »Ik ook niet, tante«, deed ik deemoedig. Inmiddels had zich een dichte haag van nieuwsgierigen, den regen ten spijt, om ons verzameld.

De Vlaamsche Rijm-Kroniek, de Brabantsche Yeesten en MELIS STOKE'S Rijmkroniek van Holland zijn zuiver-historische werken; doch men vergete niet, dat deze werken ten deele strekken moesten om de aanzienlijke afkomst der over die landen regeerende vorstenhuizen te betoogen, en dat de adel zelf grootendeels aan de historie zijn recht van bestaan ontleende.

Dit alles beklemt mij... Geef mij een wapen, en ik zal vechten tot den laatsten droppel bloed... maar geef mij een dwijl en een emmer zeepsop, en smartelijk zuchtend zal ik terneerzitten... als een lafaard... Geloof mij en blijf mijner gedenken MELIS STOKE. Mijn Landstormlichting komt op...