United States or Somalia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onder het uiten dezer woorden sloeg hij de dorre hand aan den degen, die aan zijn zijde hing. Melis trad een stap terug: schoon eenigszins door den drank verhit, was hij niet beschonken genoeg of hij besefte, dat een aanval op den vreemdeling in dit geval meer dan een gewoon messengevecht zoude wezen en hem strafbaar maken voor het gerecht.

Sprekend over de moordenaars van Graaf FLORIS, zegt MELIS STOKE: Dat dese verraders hebben ghelaten Den maghen verwijt: si moghense haten. Hier wordt de verantwoordelijkheid der magen voor de daden van één hunner erkend. De Antwerpsche stadssecretaris JAN BOENDALE stelt in zijn Lekenspieghel de vraag: of men magen en vrienden moet helpen en ondersteunen.

Het verwijt ligt voor de hand, dat deze gevoelens André geenszins tot eer verstrekken, en men zou van den kronijkschrijver wenschen te vernemen hoe zij te rijmen waren met de betuigingen van teederheid aan het slot en in den aanhef van zekeren brief. Doch op die wijze zou men Melis Stoke eene taak opleggen, die de zijne niet is.

"Nu, wij konden haar wel eens bekijken gaan," hernam de wapenknecht, opstaande: "zij zit zeker bij moeder Treuzel in de keuken." "Ja! laat zien of wij haar kennen," zeide Melis, zijn voorbeeld volgende.

"Des te eerder," zeide Claes Gerritsz, "dewijl gij het harnas zelf vervaardigd hebt, en dus best in staat zijt, de plaatsen te kennen, waar de minst deugdzame spijkers zitten." "Oho," zeide de smid: "zoo Melis Courtz uit den Anegang den kolder gemaakt had, nam ik aan er schub voor schub uit te slaan; maar ik zet het den besten, eenige fout in een harnas te vinden, dat uit mijne smidse komt."

"Eilieve! wij zullen elkaar wel eenmaal met gesloten beurzen betalen," zeide Melis, lachende, "want ik denk haar met Kerstmis te trouwen en dat zal de rekening effen maken: maar dat tot daar aan toe: die nieuwe gast moet er zoo niet afkomen: zeg eens paai! wien duivel zoekt gij zoo laat op het dorp?"

MELIS STOKE heeft ons de heugenis bewaard van dat tooneeltje op den Blinkert, van die ontmoeting, ook van dat woord en weerwoord: Wie sidi dan? Ic hete Witte Ende was 's graven Florens kint, Ende her Willem heeft mi ghesint Alhier van Zirixe U te troostene.

Om nu mijn jubileum bescheidelijk, en in zoo beperkt mogelijken kring te vieren, besloot ik mijn eigen feest-redenaar te zijn. 's Morgens, in bed, sprak ik mij zelf binnensmonds ongeveer als volgt toe: »Melis Stoke! Jubilaris. Het is vandaag de dag... enz. enz. In het afgeloopen jaar waart ge soldaat, daarmee is alles gezegd. Het Vaderland heeft, om eerlijk te zijn, niets aan uw diensten gehad.

Na eenige woordenwisselingen begrepen de schildwachten, dat zij aan het verzoek van Bouke voldoen moesten, en ging Melis Pif-paf naar binnen om den wachtmeester te halen. Op het voorplein ontmoetten hem de bedienden, allen welgewapend. "Waar ist der Wachtmeister?" vroeg Melis: "ik muss hem sogleich spreken!"

In Limburg, Brabant, Vlaanderen, die landschappen dus, waar het letterkundig leven tot nog toe hoofdzakelijk zich had ontwikkeld, zien wij het volksgevoel ontwaken en zich uiten in den roman van Limborch en den Flandrijs, in JAN VAN HEELU'S verhaal van den slag bij Woeringen, in het werk van VELTHEM en de Kroniek van MELIS STOKE.