United States or Norfolk Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij klommen zeer snel en behendig in den boom; ook op den grond bewegen zij zich vermoedelijk vrij goed: ik kon mijne gevangenen, als zij, hun doorboorde schub in den steek latend, ontvluchtten, nooit weder krijgen."

De Duiven (Columbidae) zijn middelmatig groote Vogels, met kleinen kop, korten hals en een uit groote en harde veeren samengesteld kleed. De snavel is steeds kort, bij de meeste soorten ook zwak, hooger dan breed, aan den rand ingetrokken, soms zelfs uiteenwijkend, aan den wortel zacht; slechts aan de spits hoornachtig, hier een weinig gezwollen, gewelfd en flauw haakvormig gebogen. Bij enkele soorten is de snavel krachtiger, dikker, harder bij uitzondering ook wel zeer gewelfd en de onderkaak bij de spits zelfs getand. De neusgaten liggen tamelijk ver naar voren, zijn gewoonlijk spleetvormig en dikwijls door een gezwollen, kraakbeenige, met washuid bekleede schub bedekt. De korte voet is vierteenig, zijn loop zelden hooger dan de middelste voorteen lang is, bij uitzondering niet lager dan even onder het spronggewricht bevederd; de teenen, waarvan er drie naar voren staan, zijn tot aan hun gewrichtsverbinding met den loop van een gescheiden of hoogstens door een zeer kort spanvlies gedeeltelijk verbonden, de klauwen dik, maar kort, meestal ook weinig gebogen; de loop is van voren met korte dwarsschilden, van achteren netsgewijs met schubben bekleed. De vleugel bestaat uit harde slagpennen, waarvan er 11

De Kruisbek scheurt als de kegel vast hangt of ligt, met de spits van den bovensnavel de breede kegelschubben midden door, schuift den min of meer geopenden snavel er onder en licht door een zijwaartsche beweging van den kop de schub op.

Deze bekeek de haan goed, sloeg hem in de onderdeelen gade, wikte en woog, deed eenige vragen: de ongelukkige weifelde. Bruno was zenuwachtig, en keek hem vertoornd aan. "Maar zie je dan die breede schub niet die hij daar, bij zijn spoor, heeft? Zie je die pooten niet? Wat wil je meer? Kijk die beenen 's, spreid die vleugels 's uit! En deze gespleten schub boven deze breede, en deze dubbele?"

De muren zijn wit of rood gekalkt en dragen zwarte teekeningen en ruwe ornamenten, versieringen van stukken glas of koper. Aan elke zijde van het hoofdgebouw staan lagere bijgebouwen, symmetrisch tegenover elkander en alle op dezelfde wijze gebouwd, terwijl het lagere dak onder het hoogere wegschuilt als de eene schub onder de andere.

De Hoenderen (Galliformes), die onder de Hoendervogels den hoogsten rang innemen, zijn krachtig en zelfs plomp gebouwd; zij hebben korte vleugels, stevige pooten en een rijk voorzien vederenkleed. Met den gedrongen, korten en hoogborstigen romp is door een korten, hoogstens middelmatig langen hals een kleine kop verbonden. De snavel, die zeer verschillende vormen kan hebben, is in den regel kort, nauwelijks half zoo lang als de kop, soms echter veel langer, bijna even lang als de kop. In 't eerstgenoemde geval is hij breed en hoog, meer of minder sterk gewelfd en aan de spits haakvormig benedenwaarts gebogen, minstens tot een bollen hoornnagel uitgetrokken, het achterste deel meestal met veeren bekleed, waartusschen zich een smalle, vliezige schub bevindt, die het neusgat bedekt; soms dringt deze tusschen de veeren van het voorhoofd door; bij uitzondering is zij met een washuid overdekt. De pooten, de belangrijkste bewegingsorganen van de Hoenderen, zijn steeds zeer krachtig gebouwd, meestal middelmatig hoog; de teenen zijn lang en met korte nagels voorzien. Aan den poot komen krachtige spieren voor; het scheenbeen is, evenals het dijbeen, door een dikke vleeschmassa omgeven; de loop is dik, de voet soms meer, soms minder sterk ontwikkeld. In den regel zijn alle vier teenen aanwezig; soms echter is van den achterteen niets anders zichtbaar dan de nagel; deze ontbreekt slechts zelden. Bij de Hoenderen, welke op den grond leven, is de achterteen (die steeds hooger aangehecht is dan de voorteenen) klein, bij de Boomhoenderen daarentegen tamelijk groot; bij één groep zijn de teenen buitengewoon sterk ontwikkeld. De klauwen, die bij enkele soorten op bepaalde tijden afgeworpen en door nieuwe vervangen worden, zijn meestal kort, breed en stomp, soms echter lang en smal, altijd echter weinig gebogen. De vleugel is in den regel kort (in dit geval sterk, schildvormig gewelfd), bij uitzondering echter zeer lang; het aantal handpennen bedraagt 10 of 11, dat der armpennen 12

"Des te eerder," zeide Claes Gerritsz, "dewijl gij het harnas zelf vervaardigd hebt, en dus best in staat zijt, de plaatsen te kennen, waar de minst deugdzame spijkers zitten." "Oho," zeide de smid: "zoo Melis Courtz uit den Anegang den kolder gemaakt had, nam ik aan er schub voor schub uit te slaan; maar ik zet het den besten, eenige fout in een harnas te vinden, dat uit mijne smidse komt."

"Meermalen," schrijft Haszkael, "heb ik op Java Schubdieren gekocht, maar ze nooit lang behouden, daar ik ze, bij gebrek aan een betere bergplaats, in navolging van de inboorlingen, met een touw, dat aan een vooraf doorboorde schub was vastgemaakt, aan een boom moest binden.

Hij bijt de kegels van onze naaldboomen bij den steel af, gaat op zijne achterpooten zitten, brengt den kegel met de voorpooten naar den bek, draait hem onophoudelijk rond en bijt nu met zijne uitmuntende tanden de eene schub na de andere er af, zoodat de zaden blootliggen, die hij dan met de tong opneemt en in den bek brengt.

Dan moet gij een veer uit den staart van den arend, een schub van den karper, en een veer van den linkervleugel van de duif nemen en dan de dieren hun vrijheid geven. Indien gij het verre land bereikt en bij het kasteel zijt, waar de prinses woont, dan moet gij alle winkels openen en elken jongeman bevelen bij zijn deur te gaan staan.