Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juli 2025


Vrees echter niet, lezer, dat de zon te heet schijne; hooge linden werpen schier overal hunne koele schaduwe op den weg. Aan de Gentsche poort is in de laatste jaren eene groote wijk ontstaan, met fraaie huizen, breede straten en belangrijke nijverheidsgestichten. Links, over de Lei, ligt een afgegraven meersch.

De deken, die giste dat er look in de meersch was, sprak: Laat mij dien bult eens betasten. Tast maar, genadige deken, sprak Uilenspiegel. Toen de deken getast had, sprak hij: Hij is nieuw en nog nat. Ook hoop ik, dat de groote heilige U genadig zal wezen. Kom mede. Uilenspiegel volgde den deken en ging mee in de kerk.

Daar Uilenspiegel met heur alleen wilde zijn, zei hij tot Lamme: Ziet gij ginder die vrouw in de meersch? Ja, zei Lamme. Herkent gij ze niet? Daar? vroeg Lamme, zou het de mijne zijn? Zij is niet gekleed als een poorteresse. Twijfelt gij nog, blinde mol? sprak Uilenspiegel. En als zij het niet was?

Schendelbeke mag op eene hooge oudheid bogen. In 1850 heeft men er eene geslepen steenen bijl opgedolven. Het volk van Schendelbeke spreekt van den Godsberg, van den Rooden Driesch, van den Langen meersch en het Jonkheerenveld. Op den Rooden Driesch bouwde men in 1328 een klooster voor Karthuizers, dank aan de milddadigheid van Jan Geylinc, heer des dorps.

De koopman riep dat ronduit, onbeschroomd in dien wijden meersch en daarmede lag hunne zaak daar ineens bloot in haar pieterige kleinheid: geen mensch had het ooit met een woord durven aanroeren 't geen ze een jaar lang in hun eigen bezaagd, gekeerd en herkeerd en met hun versteenden haat zoo ingewikkeld groot en vast hadden laten opgroeien en dat wierp de kerel in één mondsgreep er uit.

De veerman was niet meer in staat te tellen en de drie dronken boeren vertrokken arm aan arm, gebroederlijk Vandoorn in 't midden. Zoo waggelden zij voort op hunne slappe beenen en zwenkend lijf. z'En hielden geen straat en gingen op goed geluk, tot aan den buik in 't gras, den wijden meersch in.

Toen zij bij den akker van Servaas Vander Vichte, op den dijk, gekomen waren, ging Katelijne naar het midden: daar wees zij naar de meersch, die op heure rechterhand lag en sprak: Hansken, gij wist niet dat ik daar huiverend verborgen was bij 't wapengekletter. En Hilbert schreeuwde: Dit ijzer is koud. Hilbert is leelijk. Hans is schoon. Gij zult zijne hand hebben, laat mij alleen!

Daar zoudt gij niets bij verliezen, want op de linkerhand, naar het Noorden, is een kaberdoesken waar men lekker bruinbier tapt. Daar zullen wij u vinden. En hier is hesp, om u te vergezelschappen. Lamme kwam uit de kar en liep met groote schreden naar de vrouw in de meersch. Uilenspiegel vroeg tot Nele: Waarom komt ge niet bij mij?

Ze zwaaiden hunne armen tastend naar evenwicht en hunne beenen schrankten van links naar rechts, schommelend voort. We zullen hem begraven al in Jerusalem-me-lem me-lem. We zullen hem begraven al in Jerusalem. De meersch lag als een groene zee zonder einde; de zon was weg en de koele, blauwende schemermist steeg uit de grachten en overwaterde den einder.

Van der Meersch, in vlaamsche spelling Van der Meirsch, in versletenen form Vermeersch, Vermeirsch en zelfs Vermeesch. Een vlaamsch woord is dit meersch, en het beteekent: het vruchtbare veld dat zich, meestal als weiland, langs de oevers van beken en rivieren uitstrekt.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek