United States or Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het licht bescheen hem slechts flauw, zoodat men zijn gelaatstrekken niet kon onderscheiden. Maar die oogen, die doordringende en uitvorschende oogen, gloeiden als vuur. "Ik buig mij voor den grooten hetman neer," zei Tsjetsjewiek, terwijl hij een diepe buiging maakte. Maroessia, die nog aldoor naast haar grooten vriend stond, groette insgelijks.

Terwijl hij in den tuin wandelde en aardbeien zocht, ontwikkelde hij zijn gedachten over het laatste gevecht en betreurde het zeer, dat de groote hetman te langzaam in zijn aanvallen was geweest. Maroessia luisterde zwijgend naar hem, terwijl zij aldoor aan het meisje dacht, dat haar vaderland vrijgemaakt had. "In die kleine Maroessia steekt zeker wat goeds," zei Taras bij zich zelf.

De afgezant zei niets, maar hij nam het meisje in zijn armen en drukte haar tegen zich aan, terwijl hij haar heel zachtjes "m'n lieve kind" noemde. "Maroessia!" zei hij toen, "wij zullen zeer zeker noodlottige ontmoetingen hebben; de soldaten zullen je gevangen nemen, je ondervragen.

"Wil je er nog meer hebben?" "Wel nee, het is genoeg, het is tienmaal meer dan ik noodig heb. Ga nu ook wat uitrusten." Haar groote vriend zette zich naast haar neer en volgde met veel belangstelling, nu eens het werk der kleine vingers, die een krans vlochten, dan weder de veranderingen op het gelaat van Maroessia. Was zij zooeven nog vroolijk, thans was zij plotseling ernstig geworden.

"Dat komt, omdat je zoo klein bent, Maroessia!" zei de afgezant, "zoo heel klein! Men zou je veeleer voor een klein vogeltje kunnen houden, geschapen om in deze steppen rond te fladderen en te zingen, dan voor iemand, die zulke belangrijke zaken aan de hand heeft!" De afgezant had gelijk.

"Maar jij moet niet bang worden; ik zal je wel verdedigen," zei hij met een opwelling van edelmoedigheid. "Ik dank je!" zei Maroessia. "Je moet weten, dat ik heelemaal niet bang ben. Er zal eenmaal een dag komen, misschien al gauw, waarop ik al de vijanden van onze Ukraine in stukken zal houwen! Wil je door deze kleine deur heengaan? Kom hier, aan dezen kant staan de aardbeien.

"Anderen," zei Andry Kroek, hem in de rede vallende, "anderen zijn ongerust. Zij vinden, dat alles wat te overijld in z'n werk gaat, en ik geloof, dat zij gelijk hebben." En zich tot Maroessia wendend zei hij: "Ik had beloofd, je in het schuitje een sprookje te vertellen. Belofte maakt schuld.

Toen dit gedaan was, ging zij naar de beide mannen toe. "Pane Kniesj," zei Maroessia toen, "wat hebt u mooi koren op uw land staan! Ik heb het bewonderd, toen ik er voorbij kwam. Het is nog wel wat groen, maar ik geloof, dat men het desnoods zou kunnen gebruiken, voordat het geheel rijp is!" "God zij geloofd, beste meid! Ja, wij zullen een goed jaar hebben!" gaf de oude Kniesj hierop ten antwoord.

De bijval, dien de grijsaard vond, was groot, zoo groot, dat, toen hij met zingen opgehouden had, verscheidene handen reeds eenig kleingeld uit hun zak hadden gehaald om hem dit aan te bieden. "Kom eens naderbij, kleine tooverheks!" riep een ruwe officier uit. En terwijl hij aan Maroessia een kopek voorhield, vervolgde hij: "Dat is voor je vader: kom het maar halen!"

Spoedig was hij in de onafzienbare steppe verdwenen. "Goede reis!" mompelde de oude Kniesj, "ik hoop dat ik je nooit meer terugzie." Terwijl de scherpe oogen van den kleinen Taras den ruiter volgden, die in galop door het hooge gras heenreed, wendden de blikken van Maroessia zich naar den ouden boer.