Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 november 2025
't Was toch schoon: gracielijk als een reiger, zonder schok of stoot, veerde het kalm door de lucht, met zijn vleugelen en zijn staart schrilwit op 't warme blauw. De lucht was vol stralen geronk, en al de menschen in het dal liepen van hun werk en uit hun huis, en zagen naar omhoog. "Nen engel heet er ni aan," zei Pallieter stil. "Neeë," zei Marieke, "ik kan man oege ni geloeve!"
Als zij, tot bij klaren maneschijn, onder de lage takken van kromme appelboomen en mispelaren hadden gegeten en gedronken, gelachen en gedanst, en, tot slot, het kort, rap vuurwerk hun beenen had doen rillen, namen zij met veel lawijd en gepol afscheid van Charlot, en trokken zingend, terwijl Pallieter aan den arm van Marieke op een mondharmonika speelde, langs de vest en door de straten naar de statie.
De tranen spoten uit Charlot haar oogen, ze pakte ze vast, kuste haar op den mond, hief haar op, en drukte haar haast te pletter op heur dik lijf. "Och wa' zadde toch e' schoe' meske geweurre!" riep ze. "O ma' Marieke, ma' Marieke!..." En ze kuste haar nog eens, en haar tranen plakten op Mariekens gezicht.
Het hinnikte en 't was lijk een feestelijke lach die over de velden sprong. Pallieter zette Marieke scherlings op den ronden rug en plaatste zich achter haar. Beiden zonken weg achter den struischen paardennek en zij moesten hun kop bezijds steken om iets van 't vóór hen liggend landschap te overzien.
Hij was blij, en zij kwam nader, zeggende vol bewondering: "het was of dat er ne reus on 't maaien was." "Mak is rieke?" zei Pallieter en hij duwde zijn gezicht in de malsche bloemen. "Ze zijn vor ij," juichte Marieke stil. "Ik riek er oe zieltjen in, och kom" en hij nam de bloemen in zijn arm en zag haar dankend aan. Hij voelde zich als een kind.
Ginder aan den uitkant van het smalle dorp lag haar huis, en om haar te verrassen en zich aan te kondigen, begon hij op zijn doedelzak te spelen, en reed zoo door de dreef naar de witte woning. Een boer kwam eens over de haag zien en twee patodderkes van kinderen liepen verwonderd mee achter den rijdenden speelman, maar het huis van Marieke bleef toe.
Pallieter bleef versmacht onder het gelukkig gevoel, dat Marieke hem ook lief had, liggen, strekte zijn beenen uit, en liet den malschen regen als een balsem en bedwelming op hem neerkomen. Het was stikheet en laf. De zon brak den grond vaneen, de legumen stonden als in arduin, en flets gelijk een schotelvod.
En toen moest er staaltje getrokken worden tusschen meneer Pastoor, Marieke, Charel Verlinden en Charlot. Er was een ongeduldig afwachten. Iedereen stond rond Pallieter, zwijgend en zenuwachtig, en een luid gejuich brak los als de dikke boteropkooper het kleinste strooiken trok. Maar de dikke boer ging loopen. "Pak hem vast!" riep Pallieter. "Charlot, breng de teiloor!"
"Aangenome," zei de pastoor en hij kwam met zijn speeltuig op het schuitje. Zij vaarden terug naar de Nethe, en als de open velden rond hen lagen, begon hij weer te spelen, terwijl Pallieter riemde en Marieke roeide.
Pallieter had lijk mieren in zijn beenen; hij wilde met Marieke weggaan. Zij dierf niet, maar hij zette zijn mond tegen haar oorschelp, zei iets stil en lang en toen stond zij glimlachend op, en ging heen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek