Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Hij vertaalde in 15000 verzen een Latijnsch boek over natuurkunde en andere wetenschappen en noemde het: Der naturen bloeme. Een tweede werk, dat hij vertaalde draagt voor titel: de Rijmbijbel en bevat 2700 verzen. Zijn Spiegel Historiael, geschiedkundig werk, bestaat uit 7500 verzen, doch is ongelukkig niet voltooid geworden. Maerlant is een leeraar en weldoener van zijn volk geweest.

Maar een idealist, een echte, doet zulke dingen toch niet. MAERLANT sprak een stout woord voor dien tijd, toen hij, het eerst in de volkstaal, neerschreef dat de ware adel in de deugd gelegen is. BOENDALE volgt hem daarin slechts na.

in eene lyrische ontboezeming over de minne, "die alle hovescheit wiset"; in het "saluut van minnen" dat TOREC aan de blanke MIRAUDE zendt . In MAERLANT waren nog andere neigingen en verlangens behalve liefde voor vrouwen en romantiek; dat is reeds aangestipt doch behoeft nadere verklaring. Of zijn gevoel voor het ridderwezen sterk is geweest, mag men betwijfelen.

"Maar ik en durf bij Wittes vader niet meer komen!" sprak Simon. "En ik niet! en ik niet!" was het algemeen geroep. "Dat behoeft ook niet!" hernam Marten. "Wij koopen het bij Meeuwisz. op het Maerlant en halen eerst bij ons thuis eenen anderen zak!" "En als uwe moeder dien niet geven wil, wat dan?" vroeg Joost Van de Werve.

Op MARTIJN'S vraag naar de menschwording van den Zoon geeft MAERLANT eene uiteenzetting der geschiedenis van Lucifer, van den zondeval, van de verhouding tusschen het menschelijke en het goddelijke in JEZUS, van het Laatste Oordeel. Hij is van ons heengegaan, doch Hij heeft zijn vleesch en bloed hier gelaten om het te "sacreeren" in der priesters handen.

Wij lezen daar: Tot u quam op dien nacht besien Die heilege kerke ende al om dien In eens droefs wijfs gelike, Die u clagede droeffelike, Datmen hare onrecht dede Ende nam hare ervechtechede. Zoo kwam de romanlectuur, waartegen hij met zooveel nadruk gewaarschuwd had, MAERLANT toch nog ten goede in zijn strijd tegen de geestelijkheid.

MAERLANT en JAN VAN HEELU kennen blijkbaar wel verhalen over Walewein; of zij echter het oog hebben juist op dezen roman ? Met het oog op het gevoel voor het ridderwezen, dat hier vrij sterk is, op het geringe komisch element en op de godsdienstige tint die over het gansche werk, vooral over dat van PENNINC, ligt, zou ik geneigd zijn dezen roman in allen gevalle tot de 13de eeuw, en eer tot de eerste helft daarvan dan tot de tweede te brengen.

In den ganschen Spieghel Historiael vond ik slechts een paar plaatsen waar blijkt, dat de eene of andere gebeurtenis op MAERLANT zooveel indruk maakte, dat zijne bewerking er de sporen van draagt. CHARLEMAGNE'S smart bij het lijk van ROELAND heeft hem blijkbaar getroffen; in het Dietsch lezen wij dat de groote keizer

Vooral in dit werk toont deze "Minnesinger in Prosa" eene innigheid en diepte van gevoel en eene hooge opvatting der geestelijke minne, die wel indruk moesten maken op een Nederlandsch publiek, dat de lyriek van HADEWYCH en MAERLANT en een werk als dat van WILLEM VAN AFFLIGHEM geheel of ten deele kende.

Indien de dichters der twee laatste gedichten, zooals men vermoeden mag, tot den geestelijken stand behoorden, evenals MAERLANT, dan paste die wijze van aanspraak in hun mond wel; minder in dien van niet-geestelijken die later hun werk voordroegen. Die opmerking brengt ons tot de vraag naar de verhouding van dichter tot voordrager.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek