Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juni 2025
Het duurde niet lang of dit deksel zonk neder op de grafstede, welke aldus beslissend werd gesloten. Nog eene wijl bleef de proost, op eenen stoel knielend, voor het graf zitten, waarna hij de kanunikken eenen stillen groet toestuurde en de kapelle verliet. Hij daalde weder op het plein. Daar vond hij zijnen broeder Hacket.
De graaf is vermoord in de vroegmis; zijn lijk ligt nog in zijn bloed op den vloer der kapelle!" antwoordde de poorter. "Ik weet het. Waart gij er tegenwoordig?" "Ja, ik sidder er nog van in al mijne leden." "Ik bid u, Thiebald, zeg mij in eenige woorden: hoe is dit schromelijk ongeluk gebeurd?" "De graaf zat geknield voor het autaar.
Mher Sneloghe en Dakerlia bevonden zich bij de gekwetsten; deze laatste raadde en hielp de Kerlinnen in het verplegen der arme gezellen, die door het zwaard des vijands waren getroffen geworden. Hacket, de kastelein, hield zich in de kapelle, waar hij een weinig poogde te rusten.
Nu kwam Burchard met zijne bloeddorstige vrienden terug in de kapelle. Isaac Van Reninghe herkende des graven schatmeester. Hij sprong op hem toe, rukte hem, onder het bulderen van schromelijke vermaledijdingen, de kappe van het hoofd, greep hem bij het haar en sleepte hem over den vloer, om hem buiten de kerk te gaan vermoorden.
"Inderdaad, heer Ludgard; ik verwachtte uw bericht dezen morgen", antwoordde de proost, zich naar de kerk wendende. "Kom, ik volg u." In de kapelle, ter plaatse zelve waar graaf Karel was gevallen, had men eene diepte gedolven en er een graf gemetst, dat aan de vier zijden drie voet boven den vloer zich verhief.
De kastelein Hacket en Robrecht Sneloghe deden al hunne beschikbare mannen in de kapelle te zamen komen; en, terwijl zij immer de doffe galmen van den geheimzinnigen arbeid des vijands afluisterden, hielden zij zich gereed om hem duchtig te onthalen, indien hij er werkelijk in gelukte eene opening in den muur te maken. Den ganschen nacht hoorden zij den slag der hamers.
Toen de Koning in zijn koningsgraf, midden in het gewelf onder de kapelle Gawein lag daar ook dicht bij was bij gezet, huldigden de wiganten in bijzijn van Assentijn en Ysabele de Koninginne Guenever en zwoeren haar als vazallen en als baroenen de plechtige eeden.
Gij zult sterven, al boodt gij ons zooveel goud aan als de kapelle kan bevatten. Kom, kom, naar de deur der kerk; ik alleen kloof u het hoofd!" Onderwijl had de proost nog eenige woorden met zijnen neef gewisseld. Deze verhief de stem en, als een veldheer gebiedende, riep hij: "Stil! Men zal hier doen wat ik beveel."
Een gemor van ijzing en angst vervulde de kapelle; de kastelein Hacket, door het akelig lot zijns broeders verpletterd, had het hoofd gebogen en de handen voor de oogen gelegd. Robrecht en Dakerlia hielden hunne strakke blikken op Burchard gevestigd en schenen hem te verwijten dat hij de schuld was van Bertulfs ongeluk.
W. R. baron van Tuyl van Serooskerken en Zuylen te Zuylen bij Utrecht werd het geheel gerestaureerd, zoodat het weder prijkt in vollen luister. Het kerkplein te Kapelle is aan alle zijden omringd door welvarende, doch eenvoudige burgerhuizen, welke geen opmerkenswaardigheden aanbieden, evenmin als het overige van het dorp.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek