United States or Luxembourg ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wie weet of deze rampen geene voorboden zijn van Jehova's toorn tegen het ontaarde kind, dat eerder aan de gevangenschap van een vreemde, dan aan die van haar vader denkt! dat Juda's ellende vergeet, en op de schoonheid van een heiden en vreemdeling staart! Maar ik wil dezen hartstocht uit mijn hart rukken, al moest het daarbij ook doodbloeden!"

Het onschuldige voorwerp van den haat der menigte wekte Juda's medelijden, zoodat hij, toen de Romein den hoek van het huis zou omslaan, zich nog verder voorover boog om te beter te kunnen zien. Daarbij leunde hij met de hand op een stuk steen, dat reeds geruimen tijd gebarsten en losgeraakt was. De drukking was sterk genoeg om het te doen kantelen en vallen.

Geen hand ontsteekt het wierookvat, Bazuin noch citer looft u, God! Maar Gij beloofdet Juda's stam Dat U, het hart in boete en rouw, Nog meer, dan 't bloed van geit of ram Een welkom offer wezen zou. Toen de klanken van Rebekka's godsdienstig gezang weggestorven waren, werd het zachte getik aan de deur hervat.

Toen zij haar lied geëindigd had liet zij de handen in den schoot rusten en zag hem aan, als verwachtte zij dat hij het gesprek beginnen zou. Wij willen van dat oogenblik gebruik maken, om het meisje aan onze lezers voor te stellen en tevens enkele bijzonderheden mede te deelen aangaande Juda's ouders.

Juda's hand klemde zich krampachtig om het touw, waartegen hij leunde. Men zegt, ging de grijsaard voort, dat zij den armen man letterlijk geradbraakt hebben. De laatste maal, dat ik hem zag, zat hij in een stoel in kussens weggedoken, als een vormlooze klomp. Hoe vreeselijk! riepen sommige toehoorders. Ja, wel vreeselijk. Ziekte kon zulk een misvorming niet teweeggebracht hebben.

Toen hij hem ingehaald had legde hij zijn hand op Juda's schouder en liep naast hem voort. Weet gij nog wel, zeide hij, dat wij als kinderen altijd zoo liepen, ik met mijn hand op uw schouder? Laat ons zoo voortgaan tot aan de poort? Messala deed klaarblijkelijk zijn best om ernstig en vriendelijk te zijn; maar zijn gelaat behield de gewone spotachtige uitdrukking.

Zacht legde hij de hand op Juda's schouder, en toen de arme jongen de oogen opsloeg, zag hij een gelaat om nooit te vergeten, het gelaat van een jonkman, wiens donkerblauwe oogen hem zoo liefdevol en deelnemend aanstaarden, dat hij zich in eens gewonnen gaf.

Ik heb haar stemmen 's nachts gehoord, ze roepen om mij. Ik heb ze op de golven zien wandelen. O mijne moeder, mijn lieve moeder! En Tirza, mijn zusje, zoo mooi, zoo lief, zoo aardig! Altijd vroolijk, altijd zingende. En mijne hand, de mijne, heeft haar neergeveld! Ik Bekent gij schuld? vraagde Arrius streng. De uitdrukking van Juda's gelaat veranderde als met een tooverslag.

Hij kan Juda's gevangenschap zelfs door het zwakste werktuig doen eindigen. Om Zijn last te volbrengen, is de slak een even zekere bode als de valk. Zoek Izaäk van York op; zie, hier is geld, daar kunt gij een paard voor nemen, en overhandig hem dit briefje.

Ik dacht dat het geslacht Hur uitgeroeid was, zeide Arrius eindelijk. Een stroom van liefelijke herinneringen deed Juda's trots bezwijken, de tranen vloeiden over zijne wangen. Moeder moeder! en mijn lieve Tirza! Waar zijn zij? O tribuun, edele tribuun, als gij iets aangaande haar weet, riep hij, de handen smeekend opheffend, vertel het mij dan. Zeg mij of zij nog leven, en waar dan, en hoe?