United States or Kosovo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Als de eigenaar na een afwezigheid van eenige dagen terugkomt, schiet de Windhond jubelend uit de tent te voorschijn, en wipt met een sprong op het zadel, om den meester, wiens uitblijven hij betreurde, te liefkoozen.

Hij kon het zich bijna niet indenken, dat zijne bittere schaamte, over wat zijne zuster gedaan had, van allen grond ontbloot was geweest. Toen hij echter den ring zag, dien Blanchefleur aan Rohand had toevertrouwd, verdween de laatste schaduw van twijfel uit zijn ziel en luid jubelend sloot hij Tristan in de armen.

't Was een herleving, een zalige herleving, wellicht onzeker nog, maar toch zoo vol van heerlijke beloften. 't Was als een milde adem van verzoening over alles heen en meneer Bollekens senior verklaarde jubelend dat hij zich ineens genezen voelde en meneer Bollekens junior stramde zijn ledematen en zei dat hij nu vol vertrouwen in de toekomst had.

Onder het genot van den beker zullen wij krijgsraad houden. Een veldtocht naar Egypte schijnt mij oneindig meer de moeite waardig, dan een strijd tegen de Massageten!" »Heil den koning!" riepen de aanwezigen jubelend, waarna zij zich verwijderden, terwijl Cambyzes zijne aan- en uitkleeders ontbood, om voor het eerst zijn rouwkleed met het schitterende koninklijk gewaad te verwisselen.

Hij kan slechts vreugde in lijden vinden, geen ander genot dan in smart. De jonge gravin Elisabeth was eenmaal een van hen, die den ruwen mantel droegen en den weg der doornen gingen. Haar hart klaagde haar aan. Zij smachtte naar lijden, als de vermoeide naar een verkwikkend bad. Nood en ellende bracht zij over zich, en jubelend daalde zij neer in den nacht van smart.

"Maar uw dag zal komen," zei hij jubelend. "Eens zullen ze allen met liefde tot u komen. Ze zullen zich niet aan een droom vastklampen, die niets geeft, noch iets vermag." Zij viel hem plotseling in de rede. Zij begon hem al meer en meer te vreezen. "Het is dus waar, dat het u niet goed gegaan is in Engeland?" "Wat meent ge?"

Ja, groote God, indien wij die vreeselijke werkelijkheid hadden getast en aanschouwd.... Ei! sla den blik op het zegevierend leger terwijl het de groote hoofdstad binnentrekt, op die krijgers, overladen met roem en eer. Bloemen en bouquetten worden hun toegeworpen. Jubelend keeren ze in 't vaderland terug.

Het akelige gekerm van den gescalpeerden Knox ging geheel verloren in het jubelend gehuil der Roodhuiden. Toen werden ook de andere vier bij deze twee gebracht. De krijgslieden vormden een wijden kring om hen heen, en toen kwamen de vrouwen en meisjes in den kring, om met een oorverscheurend gezang om de blanken heen te dansen. Dat was een der grootste beleedigingen, die men zich denken kan.

Alle zwevende engelenscharen spoedden zich jubelend daarheen en de herders verhaastten hun schreden, zoo dat zij bijna sprongen. Toen ze de stad bereikt hadden, zagen ze, dat de engelen zich boven een lagen stal in de nabijheid van de stadspoort verzameld hadden. Het was een ellendig huis met een dak van stroo en de naakte rots tot muur.

Ik liet er geen gras over groeien, dadelijk na 't vertrek van den heer Van Kol, schreef ik zijne vrouw. Was 't instinct, of was 't iets anders, ik weet 't niet; wat ik wèl weet, is, dat ik heelemaal geen gevoel had van mij tegenover een wildvreemde wat 't feitelijk was te bevinden, toen ik met haar sprak; zoo ook hier met haar man. 't Was of zij een moeder voor mij was; zonder voorbehoud stortte ik voor haar mijn gemoed uit. Tegenover haar man, kon ik onbeschroomd vertrouwelijk zijn, me wel verklaren. Hij was zoo eenvoudig, zoo vriendelijk; kwam ons zoo hartelijk tegemoet, was vaderlijk voor ons. Ik ben blij, dat ik de stem van mijn hart gevolgd had en Mevrouw Van Kol dadelijk had geschreven. We kregen een brief van haar terug, dadelijk en o welk een! Wij voelen ons zoo rijk met de sympathie die van haar uitstroomt naar ons. God heeft ons weer een warm vriendenhart geschonken en door dat vriendenhart deed hij ons Hèm zelf vinden. Kon ik je maar zeggen, hoe gelukkig wij zijn! Wij zijn niet jubelend gelukkig om den goeden keer, dien de zaken genomen hebben, maar wij zijn stil, innig gelukkig, dankbaar, en vredig gestemd om hetgeen wij gevonden hebben. Dezer dagen kregen wij weer een brief van Nellie, een, vol mooie, heerlijke, edele gedachten. Er gaat zoo'n stroom van reinheid van haar uit. Het is een Goddelijke genade, dat wij deze reine, superieure vrouw mochten ontmoeten. "Dan zijn wij de rechte menschenvrienden en helpen", zegt ze, "als wij onzen steun niet in de eerste plaats bij de menschen zoeken, maar uitsluitend in ons zelf en bij Vader-God". Daar zijn we Nellie innig, innig, dankbaar voor, meer dankbaar dan voor al het andere, dat zij voor ons deed en doen zal. D