Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


"Welnu, wat heeft dat te beduiden?" riep John Watkins geërgerd over dat onverwacht gedrag uit. Hij zat aan tafel tegenover Hannibal Pantalucci en was bezig met dien akeligen grappemaker een partij piket te spelen. "Vergeef mij, miss Watkins!" stamelde Cyprianus, geheel uit het veld geslagen door zijne onbetamelijke daad, hoewel hij van vreugde straalde. "Ik voel mij gelukkig!

't Zijn toch ook nichtjes van jelui, in zekeren zin. Jelui bent nichtjes van mij, en zij van mijn vrouw; dus je bent familie van elkaar." Maar Sir John kreeg zijn zin niet.

"Het is duidelijk wat wij thans te doen hebben", zei Max Huber, "ik wil aannemen, dat hij niet weet, dat wij hier zijn, dat onze tegenwoordigheid voor hem verzwegen is, zelfs dat hij ons daar straks niet heeft opgemerkt, maar dit alles is voor ons reden te meer, om hem in zijn paleis op te zoeken." "Ho, ho!" zei John Cort.

Bij deze gelegenheid stond Mevrouw Bird snel op, met zeer roode wangen, die haar gezichtje lang niet leelijker maakten, kwam met eene inderdaad vastberadene houding naar haren echtgenoot en zeide op een even vastberaden toon: "Nu, John, wil ik weten of gij zulk eene wet voor recht en christelijk houdt." "Gij zult mij toch niet doodschieten, Mary, als ik ja zeg?"

Hij had het heele geval met Scott als een grap behandeld, zijn vrouw zoo goed mogelijk verontschuldigd, en was zoo'n gul en aangenaam gastheer geweest, dat zijn vriend het geïmproviseerd diner voor lief nam en beloofde eens gauw terug te zullen komen. Maar John was boos, al toonde hij het niet; hij voelde, hoe Meta hem eerst in een moeilijkheid had gebracht, en daarna in den steek gelaten had.

Mevrouw John Dashwood keurde volstrekt niet goed, wat haar man voornemens was te doen ten behoeve van zijne zusters. Drieduizend pond af te nemen van het fortuin van hun kleinen jongen zou gelijk staan met hem tot de verschrikkelijkste armoede te doen vervallen. Zij raadde hem aan, nog eens na te denken over de zaak.

"Gisteravond, in den foyer van Drury Lane, stond ik plotseling voor Sir John Middleton, en toen hij zag, dat ik het was, sprak hij mij aan, voor de eerste maal in deze twee maanden. Dat hij mij sedert mijn huwelijk den rug toekeerde, had mij niet in het minst verwonderd, noch geërgerd.

Maar mama vond hem voor mij geen geschikte partij; anders zou Sir John het aan den Kolonel hebben gezegd, en dan zouden we dadelijk getrouwd zijn." "Wist Kolonel Brandon dan niet te voren van dat voorstel van Sir John aan uw moeder? Had hij nooit te kennen gegeven, dat hij genegenheid voor u gevoelde?"

De Heer John Dashwood verzekerde zijne moeder herhaalde malen, hoe bijzonder het hem speet, dat zij een huis had gekozen, zóó ver van Norland, dat hij haar met het vervoer van haar meubels niet van dienst kon zijn.

Zoo was de redeneering, die de jonge ingenieur zich zelven gedurig herhaalde, om een verontschuldiging voor zijn eigen geweten te hebben, dat hij nog eenige gemeenschap met John Watkins onderhield, na al hetgeen Jacob Vandergaart omtrent dien man medegedeeld had.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek