Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 mei 2025


Kierssen is er weer geweest, van morgen. ’k Had geen cent meer en van middag is hij toen nog weerom gekomen, om te zeggen, dat zijn patroon geen geduld meer hebben wil; morgen over acht dagen moeten we verhuizen.” „Zoo! hm!” Werktuiglijk grijpt de manke naar het taschje. „’t Is een ijselijkheid. Waar moeten we met die schapen van kinderen naar toe?” „Zoo’n kerel!

Drikus durfde niet omhoog te zien, en toch kon hij er niets aan doen, dat zijn nekspieren zich kromden en hij zijn hoofd ophief. O ijselijkheid! Aan den hemel reed een gloeiende koets, getrokken door twee zwarte bokken met knoestige hoornen en in hun razende vlucht klapwiekten de vleermuis-vleugelen, die uit de zijden der spookdieren schoten. In den wagen zat een dame in witten mantel.

Zij klemde zich nader aan den jongeling, als gevoelde zij bescherming te behoeven, en die liever bij hem te moeten zoeken dan bij Mama, die haar aan de andere zijde vasthield, en vele onnoodige jammerkreten uitte. De Morder stemde met haar in, dat het toch waarachtig eene ijselijkheid is, om wanneer men één nacht in eene stad logeert, dan zulke dingen te moeten treffen.

"Angerand!" riep de hospita uit; "ofzetten! Ja, 't is een ijselijkheid dat er geen werk is. En mijn Kobus is ook nog bij de weg, die kennen ze dan ook nog wel anranden en ofzetten, ofschoon ie juist niet meer bij'em het dan zen zuiver orlozie, en daar is een stevige kopere kast om; da's één geluk. Ja, ik heb al lang gedocht dat het niet pruisisch was hier in de stad.

Maar, eer die tijdsruimte verstreken was, was de Albatros voorzeker uit elkander gesprongen en dreef toen als een misvormd wrak op de oppervlakte der zee; terwijl de opvarenden met verscheurde ledematen in de diepte van den oceaan, die de lijken niet weergeven zoude, weggezonken waren. De wraak was dus in al hare ijselijkheid volbracht geworden.

De ontzetting, de schrik, vermeerderen met ieder oogenblik, en, ik ijs op het verhaal: bij de ijselijkheid van hun toestand, voegt zich nog de tegenwoordigheid van booswichten, die, geen gevaar ontziende, waar zij hunnen rooflust bevredigen kunnen, als echte duivels, naar deze hel als naar hun element zijn toegesneld en nu aan weerlooze vrouwen hare versierselen, haren kostbaren tooi van hoofd en hals afscheuren, of, onder schijn van hulp te willen bieden, in de woning van den kastelein dringen en zich meester maken van al wat eenige waarde bezit.

"Heeren, de wraak die mijn neef Burchard te Straten gepleegd heeft", hernam Bertulf, "is wreed en bloedig geweest. Mij doet het pijn, ja, mij grieft het diep dit te moeten bekennen. Maar was zij wreeder dan de moorderij door Rambold vroeger aangericht, en welker ijselijkheid hij zelfs niet onder den naam van wraak kan pogen te verminderen?

Dan echter werd het werk der vernieling gestaakt, ongetwijfeld omdat men vreesde den toren onverwachts te zien instorten, en men wilde vermijden dat zulks gedurende den nacht geschiedde. Ondanks de ijselijkheid van het lot dat hen dreigde, begaven de Kerels zich ter rust; en dewijl nu het bonzen van den beukram hen niet stoorde, sliepen er velen zeer vast tot in den morgen van den volgenden dag.

»Hij slingerde het roodbaatje als een aap door de ruiten, en hij kwakte als een buffel," hernam de eerste Kaffer, die van beeldspraak hield. »Het roodbaatje brak den nek," verduidelijkte de tweede Kaffer. »Ja, 't is een ijselijkheid," zeide de derde opnieuw met zijn witte tanden grijnzend. »Van wien weet ge 't?" vraagde Frits, die wel wist, dat de Kaffers van overdrijving houden.

De aanvallen volgden elkander op. De ijselijkheid nam steeds toe. Toen ontstond op dien hoop straatsteenen, in deze Chanvreriestraat, een strijd, die de muren van Troje waardig was.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek