Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juli 2025


Dat beloof ik u bij den baard van mijn vader. Vooruit dus! Draal niet of ik leer u, hoe te beginnen! Humun begreep, dat hij er niet aan ontkomen kon. Hij ging naar de bank en nam een van de stokken op. Het was hem echter aan te zien, dat hij van plan was geen scherpe scherprechter te zijn.

Door den eenen schurk te dwingen den andere te executeeren, zaaide hij haat en wraak onder die bende. Habulam wilde zich onttrekken, zeggende: Humun is altoos mijn trouwe dienaar geweest, hoe kan ik hem dan bastonneeren! Juist omdat hij u trouw gediend heeft, moet gij hem dit handtastelijk bewijs uwer tevredenheid geven, zeide Halef. Ik laat mij niet dwingen!

Dit is Humun, de lijfknecht van den Heer, zeide de kleermaker. Aha, daar hadden wij al terstond den man, voor wien wij op onze hoede moesten zijn! Hij maakte voor mij een diepe buiging en wees op twee pootige knapen, die achter hem stonden, zeggende: Effendi, mijn Heer betreurt het zeer dat gij niet kunt loopen. Daarom gaf hij bevel dat deze mannen u naar hem toe zouden dragen.

Dat weet ik niet; maar ik heb alle reden om te gelooven, dat zij bij ons in huis zijn. Dat zouden wij allerminst verwachten. Maar vertel, wat gij weet. Janik zeide, ik moest scherp opletten. Habulam zond mij al vroeg naar boven, maar ik ging niet slapen, ik bleef uit het raam kijken. Ik zag mijn Heer met Humun naar den tuin sluipen.

Zijn lippen trilden van beving! Telkens scheen hij te zullen spreken, maar telkens bedwong hij zich. Maar toen Humun den eersten haal deed, kon hij zich niet langer inhouden; hij riep: Houd op! Ik beveel 't! Zwijg! Geen woord meer! gebood ik.

Mijn Heer zendt mij om u water te brengen, Effendi! Het eten zal weldra klaar zijn. Waarom komt Humun niet? Zijn heer heeft hem noodig. En hij heeft ons juist het tegendeel gezegd! De beenen begonnen pijn te doen, toen had hij zijn knecht noodig. Dus komt gij ons bedienen? Ja Heer, tenzij u het anders wenscht. Ik zie u liever hier dan Humun. Gij zijt Janik, de aanstaande man van Anka? Ja Heer.

Ik zeg je, dat het geheele gebied van den Sultan en alle landen ter wereld mijn Emir moeten gehoorzamen als ik bij hem ben, ik, die een brullende leeuw ben tegenover zoo'n wurm als gij zijt! Humun wilde zich nog tegen die slagen verweren, maar zij vielen zoo geducht en dicht, dat hij ze onderworpen in ontvangst moest nemen. Toch stiet hij een gebrul uit, dat doordrong in alle hoeken van het huis.

En dan wilde hij nog bovendien, dat ik er in zijn tegenwoordigheid van zou eten. Hij had er de doode musschen boven op gelegd, waarop hij eerst de proef had genomen. O Allah! De zaak was dus verraden! Natuurlijk. Bij ongeluk heeft ook Janik er van gegeten en die zal er wel van doodgaan. Aan dien kerel is niets verloren! viel Humun verachtelijk uit. Omdat gij hem haat?

De wondkoorts doet hem ijlen! Lafaard! schold schuimbekkend van woede Suef. Sihdi, vraag toch Humun ook, zeide Halef. En als die soms wil zwijgen, dan zal ik dien knaap, met een nieuwe twintig, wel eens van de tongriem snijden. Hij trad op den knecht toe, en nam hem bij den arm. Laat mij met rust, Hadschi van den Satan! Ik beken alles, alles! gilde Humun. Is het, zooals de Effendi zei?

Ja, en wel hoogstwaarschijnlijk hem, dien ik wensch, namelijk Janik, de aanstaande man van dat jonge Christen-meisje. Waarom denkt gij dat? Omdat Humun hem alles kwaads toewenscht om Anka. Hij zag hem liefst dood gaan, en zal het nu wel zóó inrichten, dat Habulam onze verzorging aan zijn gehaten medeminnaar opdraagt. Maar help mij nu eerst op mijn matras en ga dan op verkenning uit.

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek