United States or Czechia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met zyn opstel heeft hy ons al drie kransavenden beziggehouden, en, wat het ergste is, de Rosemeyers vinden het mooi. Zoo zeggen ze, ten-minste. Als ik een aanmerking maak, beroept hy zich op Louise. "Háár goedkeuring, zegt hy, weegt hem zwaarder dan alle koffi van de wereld, en bovendien: "als 't hart me gloeit ... enz. Zie deze tirade op bladzy zooveel, of liever, zie ze niet.

Wat, dat ze op mij de fonkelblikken slaat, En heen den watersluier heeft geschoven, En lacht en lonkt, dat me alle rust vergaat?... Hoe gloeit de bezie langs het holle pad, En schudt het bolle hoofdje heen en weder!

Hier gloeit reeds een sprank van het vuur dat later zal uitslaan in de Hervorming. Een anderen sprank van dat vuur zien wij in zijne ergernis over de vervolging, waaraan beggaarden en begijnen toentertijd blootstonden vanwege de geestelijke inquisiteurs. Levendig is reeds in hem het besef: God moet men gehoorzamen boven alle menschen en boven alle prelaten.

Maar het vermaak dringt hier den arbeid niet op den achtergrond, noch voor de grooten, noch voor de geringen: de gansche week door gloeit en brandt de oven en gaan de machines op en neer, in beweging gebracht en bestuurd door hoofden en handen, en bij duizenden telt de industrie hier haar officieren en haar soldaten.

Hij is niet goed; ’k geloof, dat ’t schaap koorts heeft; wat gloeit hij,” zegt ze tot zichzelve; „dat moet er nog bijkomen!”

Maarten is nooit koud als ik bij hem ben, en toch komt hij, zooals gij weet, door het guurste weder iederen Zaterdag-avond naar den Oldenburgh. Maar al sta ik dan ook te bibberen als een rietje, hij brandt en gloeit altijd alsof hij in een oven stond."

Regent het op dezen dag, dan regent het nog 40 dagen. Regent het op Sint-Margriet, dan regent het nog 6 weken aan een stuk; regent het dien dag niet, dan regent het 30 dagen niet. Maar gewoonlijk is het regenachtig: "Sint Margriet houdt haar water niet". Als Sint Dominicus gloeit, Een strenge winter bloeit. Sint Laurens' wind Maakt de boekweit blind.

Wat een jammer, dat die ongelukkige jongen niet te vinden is, want nu zou hij toch zeker moeten erven." "Waarschijnlijk." Een zonderlinge trek speelt om Strijkmans ingevallen mond en in zijn oogen gloeit een hebzuchtige vonk, als hij op schijnbaar onverschilligen toon de vraag doet: "En is het nogal van belang, wat hij erven moet?"

Maar het vermaak dringt hier den arbeid niet op den achtergrond, noch voor de grooten, noch voor de geringen: de gansche week door gloeit en brandt de oven en gaan de machines op en neer, in beweging gebracht en bestuurd door hoofden en handen, en bij duizenden telt de industrie hier haar officieren en haar soldaten.

Pinéhel, Fuäl, en gy-allen, ziet gy 't aan, En wachten we, uit de lucht hen ijlings neêr te slaan? Mijn vrienden! zal een hoop van nietige Aardelingen Ons dierbaarst, ja ons-zelv' in ons geslacht, bespringen? Hoe gloeit de vader niet op 't dreigen van zijn' zoon! Of zien we ons slechts ten spot vereerd als Hemelgoôn? Koomt, wreken we ons gezag, ons bloed; of eer, verweeren We ons recht!