Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 mei 2025


Alhier rechtte hij een gebroken stengel, aldaar kneep hij een dorre bloem weg, alles in profijtelijke doening met voorzichtige vingeren betastend en bestreelend. Altemets maakte hij zijn eigen lastig om een vertrapt plantsoen, maar zoetig was zijne ongedurigheid en dan liep hij verder al mummelend: Tet-tet-tet....

Vere had het hen op de gunstigste manier uitgelegd en pastoor Doening, die sindsdien dagelijks kwam, troostte hen met de verzekering dat Simon gauw weer vrij zou komen. Ze teerden sukkelig op die verwachting.

Nu moest ze al de geschenken bewonderen, het theeservies van Ko, de pluimen boa van Oomken, den mooien halsband van Francine, het marmeren kinderkopje van Peter en het heel lichte ronde schrijn dat er zoo geheimzinnig uitzag en dat Doening uit een vouw van zijn sluier nam. Iedereen deed met gretigheid het een en andere opmerken dat inzonderheid merkwaardig was.

't Kwam haar dan voor dat de menschen haar mochten taken, en ze was beschaamd dat men haar taken zou. Ze stond meteen vóor 't station. Een tijdeken bleef ze nog aarzelen en ze wist geen wil om haar doening te leiden. Endelijk stapte ze binnen, terwijl ze hare oogen met haar zakdoek droog wreef. Ze zou niet laf zijn. Ze zou heel simpel lijk zeggen: Bastiaan, ga weg.

Hij mijmerde nog wat op de doening rond en daar kwamen veel dingen tegelijk in zijnen kop en rond hem in de kamer staan, maar dat vervaagde allengs, alles liep uiteen, zijn adem ging rustig en overal nu was de lange nacht weer herbegonnen met een geruste zekerheid van ongestoorden slaap.

Van deze onderhandeling met zijn vader heeft Pastoor Doening altijd eene zeer scherpe herinnering bewaard, omdat het de eerste aanval was, dien zijne heerlijke kinder-illuzie te verduren had. Hij voelde, onder de koude blikken van zijn vader, plots een schokkend leed. Moest hij iets doen in de toekomst, dat niet de voortzetting was van hetgeen hij nu deed en in het verleden dag aan dag gedaan had?

Wanneer ze weer opzag, stond Doening nog ter zelfder plaatse en zijne zachte goedheid straalde voort. Ze vroeg: Wilt ge dáar zitten, dichtbij?.... Ik ben zoo blij dat ge hier zijt.... dat ge gekomen zijt.... Ik zal beproeven te rusten.... mede te rusten.... Hij deed wat ze vroeg, zonder haast, en toch was 't alsof hij zich gespoed had. Hij zat tegen het bed aan. En nu zwegen ze lang.

Ernest dankte zijn vriend, en Francine deed ook haar best om hare erkentelijkheid te toonen, waarin zij slaagde met het grootste gemak. Er werd geloot om te weten wie met haar zoude medegaan. Het goede lot viel op Pastoor Doening. Ze vertrokken vroeg in den morgen, met waaiweer.

Nadat iedereen, knikkend, zich zeer met het liefelijk tusschenspel van mijnheer du Bessy ingenomen toonde, brak de tafelronde. Ernest ging met Francine en Sörge kuieren in het kleine salon en de veranda. Pastoor Doening bleef zitten naast mevrouw Verlat, en Pacôme zat met du Bessy en Peter aan den overkant van de theetafel.

Langzamerhand zakte zijn hoofd op zijne borst neder, en zijne blikken lagen vast op de blanke tafelbedekking, met al de andere blikken, en tusschen de schoon-uitgebeitelde voeten van de vijfarmige kandelaars. Zoo vond pastoor Doening het treurende gezelschap. Hij kwam binnen zonder gerucht, groette stil, verwonderd. Hij was een groote zwarte gestalte in het licht.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek