Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Op den vijfden November, terwijl men nog bezig was met water te halen, ging De Ruyters sloep met kapitein Du Bois, Klaas Dirksz, Joris Andringa, schrijver op De Wilds schip Engel de Ruyter, Pieter Pietersz en eenige anderen nogmaals aan het vasteland van Verd, om te visschen.
Reeds in het midden dier eeu had dit huisteeken zynen naam gegeven aan eenen burgemeester van Amsterdam, Hendrik Dirksz. Stuyver. En omstreeks eene eeu later was zekere Gerrit Stuiver burgemeester van Haarlem.
"Gij kunt begrijpen, hoe dat alles ons in onrust brengt," vervolgde de eerste spreker. "Waar zijn de brieven voor den Vice-admiraal?" vraagde de stuurman. "Indien het zulke gewichtige tijdingen zijn, zullen wij ze hem gauw bezorgen." Men roeide naar boord terug, en Klaas Dirksz overhandigde den Admiraal de brieven.
Wat oom heeft willen worden, kan ik niet helpen, maar wat jij zult worden, moet ik goed vinden. Ik verkies niet, dat je zeeman wordt." "Foei, Pieter! zou je zeeman willen worden?" vraagde Marie. "O, daar heb jij geen verstand van, Marie," zeide Pieter. "Het is zoo'n heerlijk leven, zeeman!" "Ja, zoo schijnt het," hernam baas Dirksz.
Zij beloofden hunnen stervenden vader, dat zij zijne lessen nimmer zouden vergeten, dat zij steeds God den Heer voor oogen houden en elkander zouden liefhebben tot aan hunnen dood. "Ik sterf gerust," ging vader Dirksz voort; "want ik ga naar mijn Verlosser en Middelaar, den Heer Jezus Christus. Bij Hem zal ik Uwe lieve moeder terugvinden, ik hoop u allen daar eens te zien."
"Dan ben ik een der eersten," riep Dirksz uit, terwijl zijn gelaat verhelderde. "Met mijn Luitenant-admiraal ga ik ter overwinning of in den dood." "En ik ga ook mee," zeide Pieter. "Ten minste als jij niet hier blijft, Engel." "Hoe komt je dat in de gedachten, Pieter? Denk je, dat vader alleen zal vertrekken en mij achterlaten?" "En zullen wij spoedig gaan?" vraagde Pieter. "Nog heden.
"Zoodat gij dus in de onmiddellijke nabijheid van den dapperen Zeeuw waart," hervatte Pieter Dirksz. "Juist. Onze vloot vereenigde zich kort daarna met die van Wassenaar. 't Was een statig gezicht, die vijf-en-twintig oorlogsschepen met hare galjoten en branders te zien zeilen, een gezicht, dat mij het hart onder het baaitje deed zwellen.
Beoosten dat eiland omgezeild zijnde, werden den 24sten October eenige booten, met den Schout-bij-nacht Van der Zaan aan het hoofd, naar het vasteland bij Verd aan wal gezonden, om versch water te halen. Ook van De Ruyters schip voer er een sloep naar land, gevoerd door Klaas Dirksz en waarin zich Engel de Ruyter en onze Pieter bevonden.
Mijne lezers zullen voorzeker wel nieuwsgierig zijn, te weten, hoe het met de beide andere knapen afliep. Ik wil dienaangaande hunne nieuwsgierigheid bevredigen. Zoodra onze Pieter thuis was en zijn wedervaren in al zijne kleuren verteld had, begaf vader Dirksz zich naar baas Balkenende, wien hij de geheele historie mededeelde.
"O, jij nog altijd de oude guit van een Michiel bent," hervatte de neger grinnikend, terwijl hij zijn witte tanden liet zien. "Ja, Jan! een vos verliest wel zijn oude haren, maar niet zijn oude streken, zou stuurman Dirksz zeggen. Maar ga zitten," hervatte hij trouwhartig, "en laat ons elkander onder een glas Spaanschen wijn onze lotgevallen vertellen."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek