Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juli 2025
"Zoo, ben je daar weer," riep zij uit, toen ze den kleinen jongen gewaar werd. "Waar heb je toch gezeten, Deugniet? Je vader is zóó ongerust. Juist is hij weer weggereden om de omstreken van den grooten vijver af te zoeken; 't is al het derde paard, dat hij sedert vanochtend berijdt.
En zoo is er onder menschen bijna geen saamwerking, geen saamwoning, geen saamleven denkbaar, of altoos doet zich hetzelfde vreeslijke verschijnsel voor, dat éen eenig zondaar, o, zoo vaak de goeden ten val brengt, en dat, o, maar zoo zelden de goeden macht krijgen over den deugniet. Dat merkt men aan boord van een schip. Dat merkt ge in de studentenwereld aan onze hoogescholen.
Vervolgens zond hij hem allerlei scheldwoorden naar het hoofd, hiet hem deugniet, galgenaas, gevangenisgebroed, papeter, vetbol, en zei: Dikke walvisch, hoeveel tonnen traan levert gij wel, als men u eenen steek in den buik geeft?
Een derde verdween, wanneer de kleine jongen 't wou grijpen en verscheen zoo brutaal mogelijk weer, zoo gauw hij zijn hand had teruggetrokken. Om kort te gaan, Deugniet had van geen enkel boek meer iets willen weten, nu wilden de boeken ook niets meer van Deugniet weten. "Och, ongelukkig kind, wat heb je gedaan!" riep zijn moeder onder tranen uit. "Nu bestaan er voortaan geen boeken voor je.
Hij minachtte voortaan zijn boeken ook niet meer, want hij kon nooit vergeten tot hoe hoogen prijs ze hem teruggegeven waren en eindelijk zou hij 't als een misdaad hebben beschouwd, zijn moeder nog slechts één enkel keertje terug te stooten, wanneer zij haar armen naar hem uitstak. Hij heette dan ook niet langer Deugniet; die leelijke naam had voorgoed afgedaan.
Dat boek hield hij achter slot en grendel, doch er was geen deugniet in de gansche school, die niet brandde van begeerte het eens in te zien. Daartoe echter bood zich de kans nooit aan. Elke scholier had zijne of hare eigen meening over den inhoud van het boek, doch er was geen middel om het rechte er van te weten te komen.
Dit werd zij gewaar, zoo gauw zij buiten 't park der fee waren gekomen. Zij was den weg vergeten, ja, herinnerde zich zelfs niet meer welken kant de stad uit lag nog sterker, zij had de herinnering aan haar huis totaal verloren. Deugniet besefte nu, beter dan zooeven, hoe groot 't offer was, dat haar liefde hem had gebracht. Tevergeefs trachtte hij haar tot geleider te strekken.
Doch de nar die aanwezig was, sprong drie voet hoog, en, zijn narrenstok zwaaiend, sprak hij: Men mag mij uitmaken voor boer, en daarenboven voor schurk, voor deugniet, maar 'k zal het roepen en schreeuwen van de daken, dat ik daar een witte muur, een naakten muur, een blooten muur voor mijnen neus heb! Zoo helpe mij God en alle zijne santen.
Nog was zij niet tot bedaren gekomen, toen er een ongewoon tumult op straat ontstond. Men hoorde paardengetrappel, hoera-geroep. In vliegenden galop kwam fee Goed-Hart aanrijden. Allen spoedden zich naar de voordeur. Deugniet werd voor 't oogenblik vergeten.
"Ja, gewis, mijnheer," zeide zij, "het paard heeft gedronken, het heeft uit den emmer, den emmer leeg gedronken; ik zelve heb het te drinken gegeven en er meê gepraat." 't Was niet waar, Cosette loog. "Zie, zoo'n klein ding eens brutaal liegen," riep de koopman uit. "Ik zeg u, dat het paard niet gedronken heeft, kleine deugniet.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek