Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juli 2025


Katelijne en Joost Damman werden voor de vierschaar gebracht; en Damman zag er nog bleeker uit, ter oorzake van de torture, van den dorst en van de slapelooze nachten. Katelijne, die zich op heure waggelende beenen niet rechthouden kon, wees naar de zonne en sprak: Doe het vuur weg, mijn hoofd brandt! En met teedere liefde zag zij naar Joost Damman. En deze bekeek heur met haat en verachting.

Maar hij zal drinken noch slapen, totdat hij zijne tooverij en bezwering bekend heeft. En voor Damman was dit een schromelijke foltering. In den kerker schreeuwde hij zoo luide: "Drinken! Drinken!" dat het volk het hoorde, doch zonder mededoogen.

Damman na de voltrekking van een huwelijk, dat het »bij hen geen sacrament werd geacht, maar eene belofte, die de contrahenten elkander doen«. Was het nu aldus bij de kerk, is het dan denkbaar, dat men voor het burgerlijk huwelijk, waaraan men dezelfde rechtsgeldigheid verleende, een samengeven door den magistraat zou hebben geëischt, dat de kerk niet vorderde?

De chirurgijn nam het perkament om het te lezen, als messire Joost Damman vlug de hand uitstak om het te grijpen; doch rap als de wind hield Nele zijnen arm tegen, en zij sprak: Gij zult het niet aanraken, want daar staat uw dood of die van Katelijne geschreven.

En Joost Damman sprak: Gij weet wel dat dit geen tooverteeken is, maar dat er vleezige uitwassen bestaan, in dewelke men mag steken, zonder dat zij bloeden.

Schoon! grijnslachte Damman, gij hebt een gezicht, glad als eene mispel, en een lichaam, slank als eene vim takkebossen: bezie mij die schooister, die beweert een edelman tot minnaar te hebben! Drinken! Zoo spraakt ge niet, Hans, mijn beminde heer en meester, als ik zestien jaar jonger was.

Men gaf heur versch water, hetwelk zij gretig dronk, met den beker tusschen heure tanden, als een hond doet met een been, zonder hem te willen loslaten. Vervolgens gaf men heur nog water, en zij wilde er van dragen aan Joost Damman, maar de beul rukte heur den beker uit de hand. En zij viel slapend ten gronde, als een blok lood. Toen riep Joost Damman met woede: Ik ook heb dorst en heb vaak.

De edellieden gehoorzaamden; doch dewijl messire Joost Damman nog aarzelde, riep het gemeen: Gerechtigheid, heer, gerechtigheid, hij geve zijn zweerd af. Toen deed hij het tegen zijn dank, en, van zijn peerd gestegen zijnde, werd hij door twee serjanten van de gemeente naar het Steen gebracht.

De andere edellieden zeiden insgelijks: Die wapenen herkennen wij voor die van Rijnvisch en van Damman. Zoo helpen ons God en al zijne santen!

Dien moord beken ik gereedelijk, vermits ik sta onder de bescherming der wetten van Vlaanderen, volgens dewelke, na verloop van tien jaar, de moord niet meer vervolgd wordt. De baljuw vroeg hem: Zijt gij geen tooveraar? Neen, antwoordde Damman. Bewijs het, zeide de baljuw. Ik zal het doen op tijd en stond, zeide Joost Damman, maar nu past het mij niet.

Woord Van De Dag

galoppeer

Anderen Op Zoek