Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Jannetje bleef zwijgen en vader bleef rooken. "En toen," ging moeder maar weer voort, "dat nagebed. Dat smeeken aan den Heere of toch de eenigheid van de geloovigen mocht openbaar worden; en of we allen maar van de menschen mochten afzien en op hem alleen zien! En of er meer liefde mocht komen en geen wortel van bitterheid opspruiten.
Boven en behalve al deze onheilen, die hij te weeg brengt, vergiftigt hij het kerkelijk leven zoodanig, dat het in plaats van tot zegen en eendracht te voeren, slechts bitterheid en krakeel kweekt. Als er een twist is in de Kerk, dan zal deze man hem opblazen tot een ruzie; en als het mogelijk is twee menschen tegen elkaar op te zetten, zal hij het zeker doen.
Wat tranen zult gij door mij storten wat bitterheid zal mijn hand u voorbereiden! Dan zult gij mijn macht kennen. Gij zult kruipen en bidden, vermetele Laten! Maar ik zal u niet horen. Uw trotse hoofden zal ik met blijdschap onder mijn voeten vertrappen. Nutteloos zult gij wenen, en nutteloos zult gij klagen; want Johanna van Navarra is onverbiddelijk dit weet gij niet..."
Het is invloed van de bijbel wanneer een vorst »de ceder der vrolikheid" genoemd wordt of een dame: »de toren der eer". De gehele rhetoriese woordenvoorraad uit het Middeleeuws Latijn komt weer te voorschijn: de roos der schoonheid, de lelie der reinheid, de bloem der welvoegelikheid, der eren kroon, de spiegel der vreugde, de alsem der bitterheid.
Ik moest haar zien en spreken; ik moest op mijne knieën, met het hoofd in stof gebogen, hare vergiffenis vragen; gij hebt gezien hoe zij het opnam en hoe mijne terugkomst wordt beschouwd als de grootste zonde die ik tegen haar plegen kon! Het is ook ergerlijk: onkruid dat niet vergaat, eene schipbreuk die niet afdoende blijkt!" sprak hij met bitterheid, waarin zich weemoed mengde.
Hij gebruikte de menschenkennis, die hij zich reeds vroeg vergaard had, meer om anderen nuttig te zijn, dan om hen te grieven en te beschamen, en scheen met de verkeerdheden, die hij bij zijne natuurgenooten opmerkte, door onpartijdige toepassing op zichzelven, zijn voordeel te doen; iets, dat ook het geval moest zijn met de smarten en teleurstellingen, die zijn deel waren geweest, en die hem misschien wel illusies hadden ontnomen, maar niet met bitterheid en wrevel hadden vervuld.
"Dat zou er nog aan mankeeren dames! logées hier binnen te halen!" sprak zij met bitterheid; "en wat vriendinnen aangaat, die heb ik nooit gehad, nooit willen hebben; ik weet te veel wat de vriendschap der vrouwen is." "Hoe! gij veracht de mannen, gij haat de vrouwen, gij verwerpt dus het gansche menschelijke geslacht?"
Bij den Engelschen kolonel der marine Campbell, die met zijn bewaking belast was, beklaagde hij zich herhaaldelijk vol bitterheid over het onmenschelijke gedrag van zijn schoonvader. "Mijn vrouw schrijft mij niet meer.
Laat ons zonder bitterheid bekennen, dat het individu zijn dadelijk belang heeft, en het voor dat belang kan optreden en het verdedigen, zonder misdadig te zijn; het tegenwoordige heeft zijn verschoonbare hoeveelheid zelfzucht; het tegenwoordig leven heeft zijn rechten en is niet gehouden, zich geheel voor de toekomst op te offeren.
"Om den oproerkraaier te logenstraffen en de aanwezigen omtrent mijn bedoelingen uit den waan te brengen," antwoordde de Graaf. "Waarachtig," zeide Maurits met bitterheid: "ik heb u niet laten uitspreken; 't is waar: men had anders ongetwijfeld wat schoons gehoord."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek