United States or France ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bij het verlaten van de moskee van Aureng-Zeb, vond ik den Bengali terug, die ons aan de poort afwachtte. Ditmaal keek ik hem strak aan en hij sloeg de oogen neder. Alvorens de aandacht van Banks op dit voorval te vestigen, wilde ik zien of het individu in zijne dubbelzinnige houding zou volharden, en zei daarom niets.

We hadden te Secrole in een der beste hôtels der Engelsche stad ontbeten en gedineerd en toch moet ik zeggen, dat deze keuken ons die van »monsieur Parazard" deed betreuren. Toen de gondel onder aan de Gâth kwam aanleggen om ons naar den rechteroever van den Ganges terug te brengen, ontmoette ik voor de laatste maal den Bengali, dicht bij het vaartuig.

Doch dat was het geval niet met een zekeren Hindoe, of liever Bengali, met een levendig oog en listige gelaatstrekken, die, zonder juist te trachten het te verbergen, ons gedurende onzen geheelen tocht volgde. Toen wij op de kaai van de Mânmênka Ghât aan land stapten, had ik, met Banks sprekende, hardop den naam van kolonel Munro genoemd.

Daar wierpen onder een oorverdoovend geschreeuw, het ontbranden van vuurwapenen, het geknetter van voetzoekers en ander klein vuurwerk, bij het licht van duizenden toortsen, al deze geestdrijvers de tadzias in het meer. De feesten van Moharum waren hiermede geëindigd. Op dit oogenblik voelde Nana Sahib een hand op zijn schouder. Hij keerde zich om. Een Bengali stond voor hem.

Een boot, door een Hindoe bestuurd, wachtte hem op en stak dadelijk af. Wilde hij ons ook op de rivier volgen, tot het kampement? Dat werd zeer verdacht. »Banks," zeide ik toen zacht, hem op den Bengali wijzende, »daar is een spion, die ons geen oogenblik uit het gezicht verloren heeft...."

Geheel onbewust, zou de hand van Kâlagani hem naar de woeste streek der Vindhyas geleiden en eenmaal daar, zou niemand hem aan het vonnis kunnen onttrekken, dat de haat van Nana Sahib hem bereid had. Balao Rao wist nog niets van hetgeen tusschen den Bengali en zijn broeder gesproken was.

De Bengali, die onzen gondel had zien aanleggen, ontstelde onwillekeurig. Ik had daar wel niet zoo bijzonder op gelet, maar toch herinnerde ik het mij, toen ik zag, dat die soort van spion zich hardnekkig aan onze schreden vasthechtte. Hij verliet ons slechts om eenige oogenblikken later voor of achter ons op nieuw voor den dag te komen. Was het een vriend of een vijand?

En inderdaad was de boot van den Bengali reeds te midden der talrijke vaartuigen van allerlei vormen, die toen de sombere wateren van den Ganges kliefden, verdwenen. Daarop vroeg Banks, zich tot onzen schipper wendende, op een toon, die onverschilligheid voorgaf: »Ken je dien man?" »Neen, 't is de eerste keer dat ik hem zie," antwoordde de schipper. Het was nu avond geworden.

Daar verdrongen zich in een verward mengelmoes door elkander, mannen en vrouwen, grijsaards en kinderen, stad- en landbewoners, rijke Bengaalsche burgers en arme mannen van het volk, van de minste soort, Vaïchyas, kooplieden en boeren, Kchatryas, fiere krijgslieden, Sudras, armzalige handwerkslieden van verschillende secten, parias, die buiten de wet gesteld zijn en wier oogen de voorwerpen bezoedelen, die ze beschouwen, in een woord alle klassen of alle kasten van Indië, de krachtige Radsjpoet den zwakkelijken Bengali op zijde dringende, de lieden van Pendjab tegenover de mohamedanen van Scinde.

Nana Sahib herkende in dezen Hindoe een zijner oude krijgskameraden van Lucknow. Hij ondervroeg hem met de oogen. De Bengali bepaalde zich tot het fluisteren van de volgende woorden, die Nana Sahib hoorde zonder dat een enkel gebaar zijn ontroering verraden had. »Kolonel Munro heeft Calcutta verlaten." »Waar is hij?" »Hij was gisteren te Bénares." »Waar gaat hij heen?"